3-98

3-98

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 24 FEBRUARI 2005 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

De millenniumdoelstellingen (Stuk 3-603)

Voorstel tot verzending

Mme Christine Defraigne (MR). - Le point 3 de notre ordre du jour concerne les objectifs du millénaire. Il ressort du débat mené à ce sujet au sein du bureau que la quasi-totalité des groupes sont favorables au renvoi de ce point en commission. Ce débat, qui soulève de nombreuses questions et reflète des sensibilités parfois divergentes, doit être alimenté.

Mon groupe a déposé 21 amendements à ce texte. Nous estimons, comme la plupart de nos collègues, que ceux-ci doivent être débattus en commission de façon approfondie et non traités rapidement en séance plénière.

Compte tenu de l'intensité du débat et des questions idéologiques soulevées, nous demandons donc le renvoi de ce point en commission.

De heer Paul Wille (VLD). - De talrijke millenniumdoelstellingen zijn ook onze doelstellingen. Aangezien ze een grote betekenis hebben, moeten we er op elk ogenblik, in detail en genuanceerd stelling over kunnen nemen. De teksten die nu voorliggen, zullen aanleiding geven tot veelvuldige amendering en nuancering. Wij weten niet of dat de realisatie van deze lovenswaardige doelstellingen bevordert.

Daarom vinden wij een discussie in de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen, aangewezen. Daar zal blijken of wij een consensus kunnen bereiken over de middelen om de millenniumdoelstellingen te bereiken. Indien wij daarin slagen kunnen we een chaotisch debat in de plenaire vergadering vermijden.

Daarom steunt de VLD-fractie het voorstel van mevrouw Defraigne.

De VLD zal duidelijk zijn mening geven over deze materie. De huidige tekst vinden we echter wat eenzijdig. Dat heeft wellicht te maken met de teneur en de samenstelling en de intensiteit van de bijzondere commissie `Globalisering'.

Er is echter ook een formeel bezwaar. Nu wordt de commissie immers gepasseerd door een werkgroep. De commissie moet eerst nog de kans krijgen om zich over deze materie uit te spreken. Dat wil ze op korte termijn doen, zodat de plenaire vergadering zo snel mogelijk een stelling kan innemen. Dat is de tweede reden waarom de VLD-fractie voorstel van mevrouw Defraigne steunt.

M. Philippe Mahoux (PS). - Quand je vois la représentation impressionnante des groupes libéraux en ce début de séance, je me dis que le problème doit être grave. Apparemment, il faut beaucoup de libéraux pour convaincre un socialiste.

Le sujet que nous devons aborder est extrêmement important : la lutte contre la pauvreté dans le monde et les inégalités inacceptables entre le nord et le sud. Il serait inadmissible de le réduire à des questions de procédure.

Chacun sait que différentes visions - certaines plus à droite et d'autres plus à gauche - s'affrontent sur la façon d'appréhender les problèmes du monde et la lutte contre la pauvreté. Ces positions doivent être exprimées. Nous avons eu, me semble-t-il, l'occasion de le faire au cours des semaines qui viennent de s'écouler. Pour des raisons propres à chacun, l'assiduité n'a pas été maximale - c'est un euphémisme. Je prends donc acte que l'examen de ce point important en séance plénière suscite des problèmes de procédure.

Cela dit, le plus important est d'avancer et d'aboutir, peut-être, à un texte éventuellement un peu différent mais qui parviendrait à réunir ces positions assez divergentes, y compris par rapport aux objectifs poursuivis. J'incite vivement les différents groupes politiques et leurs membres à exprimer ces divergences, aux endroits appropriés.

Pour ne pas entrer, à mon tour, dans les questions de procédure, je proposerai, dans l'hypothèse d'un renvoi en commission des Affaires étrangères, que l'on fixe à quinzaine l'examen de ce point en séance plénière. Cela rendrait un délai à ceux qui, à leur corps défendant ou volontairement, n'ont pas été présents en commission. J'insiste pour que le délai soit limité à quinze jours car les échéances des Nations unies doivent être respectées.

M. Pierre Galand (PS). - Je tiens compte des arguments avancés, mais je regrette que les personnes qui posent aujourd'hui un problème ne l'aient pas fait plus tôt. En effet, la première audition de la commission date du 29 mars 2004. Je n'entrerai pas dans des questions de procédure ; je me bornerai à ces quelques mots.

Pendant trente ans, j'ai été secrétaire général d'Oxfam, une ONG qui a pour objectif de combattre toutes ces inégalités et injustices, tout ce manque de capacité d'enseignement, de santé, d'infrastructures pour les peuples du sud.

Selon la déclaration gouvernementale, notre rôle était de donner des avis au gouvernement, non pas des avis qui lui font plaisir mais des avis qui permettent d'atteindre des objectifs.

Or, depuis cinq ans, tous les experts des Nations unies, du PNUD et même de l'OCDE soulignent que les objectifs n'ont pas été atteints et qu'avec les méthodes de coopération actuelles - et cette critique ne vise nullement le ministre -, il ne sera pas possible de les atteindre.

Des personnalités comme M. Chirac affirment aujourd'hui qu'il faut trouver de nouveaux moyens de financement, aller vers la taxe « Tobin » et fournir un effort exceptionnel.

Pendant un an, nous avons auditionné des experts et c'est à partir de cette expertise que nous avons élaboré notre rapport. J'admets personnellement que nous prenions quinze jours supplémentaires. Ce n'est absolument pas grave. Ne donnons toutefois pas de mauvais signal à la société civile, aux ONG, aux organisations sociales et à tous ceux qui doivent, dans notre opinion publique, contribuer à ce que le gouvernement ait les moyens d'apporter une contribution solide pour répondre à des objectifs de justice élémentaire. N'oublions pas les 60 millions d'enfants qui sont morts depuis le début des discussions sur le Millénaire. Soyons capables d'avoir de l'audace. C'est ce que nous avons fait. J'appelle donc à aller de l'avant. Soyons capables de nous rencontrer, de comprendre qu'il ne s'agit pas d'opposer les uns aux autres des argumentaires idéologiques mais de suivre l'avis des experts que nous avons auditionnés pendant un an. Nous appuyant sur ce travail, permettons au Sénat de s'exprimer d'une voix forte pour que les objectifs du Millénaire soient vraiment pris au sérieux et que nous allions réellement de l'avant. Ne faisons pas, comme dans la procession d'Echternach, trois pas en avant et deux pas en arrière. Voilà ce que je souhaite, madame la présidente. Je tiens à défendre le travail réalisé par notre commission. Tous les sénateurs et collaborateurs de la Chambre qui y ont participé méritent aussi un minimum de respect.

Mme la présidente. - Le respect leur est effectivement dû. Nous aurons certainement l'occasion de revenir, en séance plénière, sur le travail réalisé.

Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). - Wat de procedure betreft, zal de CD&V-fractie zich schikken naar de wijsheid van de voorzitster. Wij willen geen procedureslag voeren. Mocht er worden beslist om het verslag naar de commissie te verwijzen, dan verzoeken wij wel om een beperkte en precieze termijn voor de behandeling ervan te bepalen.

Vandaag is de meerderheid verdeeld. Zij moet dit probleem oplossen. Ik vraag me overigens af of het wel om een procedureprobleem gaat; ik vrees dat er een inhoudelijk probleem is gerezen. Dat is natuurlijk heel erg op een ogenblik dat wereldwijd eenieder het erover eens is dat alles in het werk moet worden gesteld om de millenniumdoelstellingen te bereiken. Al wie die materie volgt, weet dat de eerste vijf jaar van de vijftien jaar die werden uitgetrokken om de armoede in de wereld te halveren, verloren jaren zijn geweest. Vandaag staan we dus even ver als in het jaar 2000.

CD&V roept op om de krachten te bundelen. De gebrekkige inspanningen van de regering en de meerderheid stemmen tot nadenken. Ons land heeft zich wettelijk geëngageerd om tegen 2010 0,7% van het bruto nationaal product aan ontwikkelingssamenwerking te besteden. Het groeipad naar die 0,7% is zowel vorig jaar als dit jaar verlaten. De begroting voor ontwikkelingssamenwerking is zelfs bevroren. Hoe kan de regering dan nog met enige geloofwaardigheid staande houden dat ze ernaar streeft de 0,7%-norm tegen 2010 te halen, laat staan om tegen 2015 ons deel te doen voor de verwezenlijking van de millenniumdoelstellingen?

Dit onderwerp van wereldbelang mag niet lichtzinnig worden behandeld door de Senaat, de kamer die in eerste instantie bevoegd is voor internationale aangelegenheden.

Ik ben het eens met collega Galand dat de bijzondere commissie `Globalisering' zich heeft ingespannen om een evenwichtige tekst te formuleren. Ik betreur het dat de volksvertegenwoordigers er niet in zijn geslaagd om het thema op de dagorde van de plenaire vergadering van de Kamer te plaatsen. Ik betreur tevens dat sommige meerderheidsfracties in de Senaat in een recent verleden niet de tijd hebben gevonden om constructief aan dit debat deel te nemen. Tot twee keer toe hadden zij de gelegenheid om amendementen in te dienen. De aanbevelingen zijn dan ook twee maal grondig geamendeerd.

Wij zijn niet gekant tegen een derde amenderingsronde. De goede voorstellen zullen wij meenemen en de voorstellen tot afzwakking zullen wij krachtig afwijzen. Ik heb dus geen probleem met het voortzetten van het democratische debat, maar ik vrees dat het een manoeuvre is om het op de lange baan te schuiven. Mocht dat de bedoeling zijn, dan zullen wij ons daartegen met kracht verzetten.

De heer Paul Wille (VLD). - Mevrouw de Bethune, ik kan u geruststellen. Het debat zal eerlijk worden gevoerd en het resultaat zal evenwichtiger zijn.

Mme Clotilde Nyssens (CDH). - Je me réjouis que le débat puisse avoir lieu en séance plénière. Ce débat est important, comme en témoignent les titres des chapitres abordés, qu'il s'agisse de l'aide publique, du montant de la coopération au développement, des droits de l'enfant, du sida, de la pauvreté, de l'eau potable, de la remise de dettes, des sources de financement - partenariats publics ou privés. Personne ne peut dire que la commission spéciale n'était qu'un groupe de travail d'importance mineure.

Si le renvoi en commission ne signifie pas « encommissionnement » mais possibilité de débattre, nous ne nous y opposons pas. Notre chef de groupe participera activement à la discussion en commission et notre groupe tout entier au débat qui aura lieu dans quinze jours en séance plénière.

Mevrouw Jeannine Leduc (VLD). - Wij willen dit rapport naar de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen verwijzen, omdat bij het begin van de zittingperiode werd besloten dat werkgroepen - en aanvankelijk was de bijzondere commissie `Globalisering' een werkgroep - hun nuttige, maar voorbereidende werk door een vaste commissie moeten laten bekrachtigen. In voorkomend geval moet de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen dit doen.

Voorts wil ik aan mevrouw de Bethune kwijt dat zij ons geen lessen hoeft te geven in verband met het percentage van het bruto nationaal product dat aan ontwikkelingssamenwerking wordt besteed.

Ik ben al jaren politiek actief en ik weet zeer goed dat de meerderheden van destijds nooit wisten te bereiken wat vandaag wel is bereikt.

De heer Armand De Decker, minister van Ontwikkelingssamenwerking. - Heel juist.

Mme Isabelle Durant (ECOLO). - J'espère que l'on ne découvre pas aujourd'hui la question des objectifs du Millénaire qui, bien que posée depuis un certain nombre d'années, ne progresse guère. À la suite du tsunami, de nombreuses voix se sont fait entendre pour demander de lier la remise de la dette à ces objectifs. La commission a effectué un travail de fond. Je déplore l'attitude de la majorité. Pour ma part, j'ai partagé le travail avec mes collègues de la Chambre, en particulier Zoé Genot qui a participé aux travaux de la commission. Je ne comprends pas pourquoi aujourd'hui les recommandations devraient à nouveau être examinées en commission des Affaires étrangères. Manifestement, il existe des difficultés au sein de la majorité et je le regrette.

Cependant, si nous pouvons revenir sur l'ensemble du dossier le 10 mars, nous pouvons admettre quinze jours d'attente. Vu la cacophonie au sujet de la politique étrangère, je m'inquiète de l'absence d'accord sur les modalités de discussion et d'adoption de ce texte.

M. Alain Destexhe (MR). - Madame la présidente, je voudrais que vous me rafraîchissiez la mémoire. S'agit-il ou non d'une commission spéciale, au titre de l'article 31 du règlement, comme semble l'indiquer le document ?

Mme la présidente. - Je vous suggère d'écouter d'abord M. Mahoux sur ce point. Ensuite, nous en viendrons à l'interprétation du règlement.

M. Philippe Mahoux (PS). - Je constate qu'il existe un consensus pour renvoyer le texte en commission des Affaires étrangères et pour fixer une date pour la discussion en séance plénière.

En ce qui concerne les remarques de Mme Leduc et de M. Destexhe, la vérité ayant ses droits, je voudrais préciser que le statut de cette commission spéciale « Mondialisation » est différent de celui des groupes de travail qui ont été installés au Sénat. C'est à la demande expresse du gouvernement, dans l'accord de gouvernement, que cette commission a été créée. Il s'agit d'une commission mixte Chambre et Sénat. Je conviens que si une large majorité ne se dégage pas au sein des groupes pour présenter un texte susceptible de recueillir un vote majoritaire de l'assemblée, il faut évidemment passer devant la commission compétente, en l'occurrence la commission des Affaires étrangères. Il faut être conscient que la commission « Mondialisation » a un statut particulier. Cela peut sembler n'être qu'un problème de procédure mais si je ne le relève pas, on pourrait considérer que la vérité vient de sortir de la bouche de Mme Leduc. En l'occurrence, ce n'est pas le cas.

Mme la présidente. - Monsieur Destexhe, si cela peut vous rassurer, sachez qu'en tout état de cause, notre assemblée ne peut renvoyer le texte qu'à une commission permanente, dans ce cas à la commission des Affaires étrangères.

Mevrouw Jacinta De Roeck (SP.A-SPIRIT). - Het moet mij van het hart dat ik, als rapporteur, erg ontgoocheld ben. De bijzondere commissie komt al maanden bijeen. Er is veel tijd uitgetrokken voor de hoorzittingen; er waren voldoende mogelijkheden om aan de debatten deel te nemen. Ik denk daarbij vooral aan de fracties links van mij. Sommigen hebben die debatten inderdaad bijgewoond, maar anderen hebben zich gewoon niet laten zien.

Ik lees vandaag in de krant dat analfabetisme bij vrouwen een rem zet op de groei, ook op de economische groei. De tweede en derde millenniumdoelstellingen gaan precies daarover. Welke bezwaren kan men dan hebben tegen dit verslag, tegen ons streven naar het realiseren van die millenniumdoelstellingen? Waarom zoeken bepaalde fracties naar achterdeurtjes om het debat op de lange baan te schuiven?

M. Armand De Decker, ministre de la Coopération au développement. - Je tiens en premier lieu à me féliciter de l'intérêt extraordinaire que recueillent cet après-midi dans cette assemblée les objectifs du Millénaire et les questions liées au développement.

Je me réjouis également du travail réalisé par la commission « Mondialisation » et je félicite les deux présidents pour l'oeuvre accomplie.

Il est clair que la Belgique, qui est l'un des principaux acteurs dans le domaine du développement puisqu'elle se trouve à la onzième place mondiale en chiffres absolus, ce qui est tout à fait honorable, devra encore accomplir des efforts importants pour respecter les engagements qu'elle a souscrits afin d'atteindre les 0,7% de son produit intérieur brut en 2010.

Je me réjouis dès lors de l'intérêt et du soutien manifestés par le parlement, le Sénat en particulier, en faveur de cet objectif fixé par la majorité. Il conviendra, pour l'atteindre, de faire preuve d'une grande transparence et de mener une action de sensibilisation.

Je suis donc très heureux que nous ayons l'occasion de débattre de ce très important rapport.

Cela dit, ce texte n'ayant pas encore été adopté par la Chambre, le rôle du Sénat sera essentiel. Me préoccupant au premier chef de la réalisation des objectifs du Millénaire, il est sans doute souhaitable que les 67 recommandations de la commission soient envoyées en commission des Affaires étrangères et que le ministre en charge de cette matière puisse exprimer son opinion sur celles-ci. C'est d'autant plus important que le texte sera ensuite examiné par la Chambre et y sera, je l'espère, adopté.

Je me réjouis dès lors, madame la présidente, de cet envoi en commission des Affaires étrangères. J'aimerais beaucoup être invité au sein de cette commission lorsque le texte y sera discuté, de manière à pouvoir exprimer mon point de vue sur ces 67 recommandations, d'autant que je serai personnellement chargé de les porter à l'échelon international.

Je souhaiterais que ce débat puisse avoir lieu avant le 10 mars. Je signale toutefois que la semaine prochaine je serai pendant deux jours à l'OCDE et que la semaine suivante, j'irai pour la première fois dans les pays touchés par le tsunami pour discuter des plans de reconstruction avec les autorités des pays frappés par la catastrophe.

Je considère que le texte qui sera adopté par notre assemblée revêt une importance fondamentale et qu'il doit réunir le plus large consensus possible par rapport aux objectifs du Millénaire.

Je souhaiterais dès lors, madame la présidente, que vous teniez compte des impératifs que j'ai cités pour fixer le calendrier des réunions. Comme l'ont dit M. Galand et M. Mahoux, il ne faut pas tarder dans ce domaine car il convient de tenir compte de l'agenda des Nations unies. Nous savons qu'en septembre, se tiendra l'Assemblée générale de l'ONU, laquelle fera le bilan des cinq premières années d'engagement du Millénaire, et qu'auparavant auront lieu d'autres réunions internationales sur ce sujet.

Je suis en tout cas très demandeur d'une position qui recueille l'unanimité des membres de cette assemblée.

De voorzitter. - Ik stel voor dit punt van de agenda af te voeren en het naar de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen en Landsverdediging te verwijzen. Die zal zo snel mogelijk bijeenkomen en hopelijk klaar zijn tegen 10 maart.

M. Philippe Mahoux (PS). - Je souhaiterais que l'assemblée inscrive ce point à l'ordre du jour du 10 mars.

Mme Christine Defraigne (MR). - Il faut un peu de souplesse et de correction à l'égard du ministre.

De voorzitter. - Mijnheer de minister, ik wil daaraan toevoegen dat de bijzondere commissie `Globalisering' voor u een belangrijke bondgenoot is. Ze vraagt een substantiële verhoging van uw budget. Uw voorgangers hebben zelden zoveel steun gekregen.

M. Armand De Decker, ministre de la Coopération au développement. - Je m'en réjouis.

De heer Wim Verreycken (VL. BELANG). - Ik heb een vraag met betrekking tot het efficiënte verloop van onze werkzaamheden.

Klopt het dat wij drie kwartier gepraat hebben over een beslissing van het Bureau, die we dan toch ongewijzigd aannemen?

De voorzitter. - We hebben niet alleen een proceduredebat gevoerd. Ook de inhoud kwam aan bod.

Is de Senaat het eens met de verzending naar de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen en Landsverdediging?

(Instemming)

-Tot verzending naar de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen en voor de Landsverdediging wordt besloten.