3-640/1

3-640/1

Belgische Senaat

ZITTING 2003-2004

22 APRIL 2004


Voorstel van resolutie betreffende de scheidingsmuur tussen Israël en de Palestijnse gebieden in Cisjordanië

(Ingediend door mevrouw Marie-José Laloy c.s.)


TOELICHTING


Het Israëlisch-Palestijnse conflict is in een nieuwe geweldspiraal terechtgekomen die beide volkeren uitput. Het geweld leidt tot politieke blokkeringen en tot toenemend extremisme en verzwakt de positie van de voorstanders van een dialoog en van een oplossing via onderhandelingen.

In dat verband is de bouw van een scheidingsmuur politiek nefast. De indieners veroordelen het principe ervan, dat niet tot vrede kan leiden, en het tracé, dat de internationaal erkende groene lijn schendt.

Marie-José LALOY.
Lionel VANDENBERGHE.
Pierre GALAND.
Sfia BOUARFA.

VOORSTEL VAN RESOLUTIE


De Senaat,

A. Overwegend dat de muur die momenteel wordt gebouwd principieel onder de soevereiniteit van de Israëlische regering valt,

B. Vaststellend dat het tracé van die muur de groene lijn niet volgt maar op sommige plaatsen duidelijk binnendringt in Palestijnse gebieden, wat de facto neerkomt op de bezetting van gronden en infrastructuren alsook op de annexatie van tienduizenden Palestijnen door de Staat Israël,

C. Erop wijzend dat het legitieme streven van de Israëlische bevolking naar veiligheid niet wordt gewaarborgd door de bouw van een « veiligheidsmuur » ­ zoals de officiële naam luidt die de Israëlische regering aan deze constructie geeft ­ aangezien die juist bijdraagt tot het ontstaan van een permanente noodtoestand en zorgt voor een soort belegeringssyndroom bij de Israëlische bevolking enerzijds en voor groeiende wanhoop bij de Palestijnse bevolking die steeds meer wordt opgesloten, anderzijds,

D. Vaststellend dat de veiligheidsmuur, zoals die meestal wordt genoemd, het dagelijks leven van de Palestijnse bevolking nog moeilijker maakt, de kwijnende economische activiteit nog meer verlamt en de werking van de overheidsdiensten belemmert, waardoor een toekomstige Palestijnse Staat de facto alle overlevingskansen worden ontnomen,

E. Vaststellend dat de muur de facto een nieuwe fysieke grens vormt die de internationale rechtsregels schendt ondanks de omkeerbaarheid waarop de Israëlische regering wijst,

F. Vrezend dat een voldongen feit ontstaat ondanks de voorgenomen wijzigingen van het tracé en de afbraak van bepaalde gedeelten van de muur,

G. De muur veroordelend omdat hij het vrije verkeer van het Palestijnse volk belemmert en de normale werking van de parlementaire democratie belet doordat geen verkiezingen kunnen worden georganiseerd en de Wetgevende Raad moeilijk kan vergaderen,

H. Erop wijzend dat de academische kringen en de vredesbewegingen van zowel Israëlische als Palestijnse zijde met klem protesteren tegen de bouw van de muur,

I. Erop wijzend dat de bouw van de muur niet bijdraagt tot de vrede maar het resultaat is van een politieke impasse veroorzaakt door het falen van de opeenvolgende vredesplannen, wat te wijten is aan het ontbreken van de vaste wil bij de internationale gemeenschap om die plannen uit te voeren,

J. Het toenemende geweld van het Israëlische leger tegen de Palestijnse bevolking in de marge van de bouw van de muur betreurend,

Vraagt de regering

1. De bouw van de muur als denkbeeldige oplossing voor het streven naar veiligheid en vrede van beide volkeren te veroordelen,

2. Het tracé van de muur te veroordelen omdat het de groene lijn overschrijdt, de enige mogelijke grens tussen Israël en de Palestijnse autoriteit die door de internationale gemeenschap wordt erkend,

3. De bevoegdheid van het Internationaal Gerechtshof in Den Haag met betrekking tot het gerechtelijk onderzoek van dit dossier te erkennen,

4. Erop aan te dringen dat de politieke dialoog wordt hervat los van het keurslijf van beveiligingsmaatregelen dat geen van beide volkeren op lange termijn enig voordeel biedt,

5. Te pleiten voor open onderhandelingen zonder taboes, waarbij rekening wordt gehouden met zowel het stappenplan als met het Initiatief van Genève, waarvan de strekking volledig indruist tegen de logica achter de bouw van de muur en recht laat wedervaren aan de legitieme verzuchtingen van beide volkeren op basis van wederzijdse toegevingen.

18 maart 2004.

Marie-José LALOY.
Lionel VANDENBERGHE.
Pierre GALAND.
Sfia BOUARFA.