3-179/1

3-179/1

Belgische Senaat

BUITENGEWONE ZITTING 2003

29 AUGUSTUS 2003


Wetsvoorstel ter bevordering van gelijke kansen voor personen met een handicap bij selectieproeven voor het openbare ambt

(Ingediend door de dames Mia De Schamphelaere en Erika Thijs)


TOELICHTING


Dit wetsvoorstel neemt de tekst over van een voorstel dat reeds op 12 februari 2003 in de Senaat werd ingediend (stuk Senaat, nr. 2-1468/1 ­ 2002/2003).

De modernisering van de administratie heeft tot doel de overheid dichter bij de burger te brengen. De toegankelijkheid van de instellingen is de belangrijkste maatstaf van het succes van de overheid. De administratie dient transparant, efficiënt en onpartijdig te handelen.

Anderzijds dient de modemisering van de administratie de gelijkheid van de burger voor de wet te bevorderen. Ook dit beginsel moet onverkort worden toegepast wat de toegang tot het openbaar ambt betreft.

Momenteel is dit niet het geval.

De selectieproeven van Selor verlopen steeds volgens hetzelfde schema : een eerste ­ schriftelijke ­ selectieproef waarop een mondelinge proef volgt. De schriftelijke proeven worden veelal afgenomen bij wijze van handgeschreven verhandelingen.

Het is niet de bedoeling van indieners om dit schema te betwisten, maar zij stellen wel vragen bij de wijze waarop de tests worden afgenomen.

Proeven in handschrift veroorzaken een potentiële discriminatie tegenover personen met een handicap die niet ­ of slechts met moeite ­ met de hand kunnen schrijven. Dit kan het geval zijn voor personen met een visuele of een motorische handicap, of voor personen met leerstoornissen, zoals dyslexie. Deze situatie kan schrijnende gevolgen hebben. Burgers die wel degelijk over de vereiste intellectuele capaciteiten beschikken, zullen nooit door de schriftelijke selectie geraken.

Bovendien beantwoorden de proeven in handschrift niet erg aan de werkelijke situatie binnen de administraties. Zij missen elke band met de dagdagelijkse arbeidsomstandigheden waarmee de ambtenaren geconfronteerd worden. Het gebruik van de computer is gewoonweg niet weg te denken uit de arbeidsomgeving van een ambtenaar. Het uitsluitend testen op basis van proeven in handschrift kan derhalve nog moeilijk objectief verantwoord worden.

Ten slotte merken de indieners op dat de bestaande wetgeving reeds voorziet in geïnformatiseerde proeven. De bedoeling van dit voorstel bestaat er louter in deze mogelijkheid tot alle schriftelijke proeven te veralgemenen.

De indieners hebben bewust gekozen voor een algemene keuzemogelijkheid die voor alle kandidaten ­ ongeacht hun fysieke toestand ­ openstaat. Het gelijkheidsbeginsel vereist dat alle kandidaten kunnen kiezen tussen een proef in handschrift en een geïnformatiseerde schriftelijke proef.

De kandidaat hoeft voor deze keuze geen bijzonder motief op te geven. Zo waarborgt men het best het recht op de bescherming van persoonlijke levenssfeer.

Wanneer de kandidaten hun keuze op het ogenblik van hun kandidaatstelling bekend maken, zal Selor de praktische maatregelen kunnen treffen voor een efficiënte organisatie van de proeven.

Mia DE SCHAMPHELAERE.
Erika THIJS.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

Het schriftelijk gedeelte van de door Selor georganiseerde examens wordt op éénvoudig verzoek van de kandidaat afgenomen door middel van een computer die door Selor ter beschikking wordt gesteld. De kandidaat richt zijn verzoek, samen met zijn kandidatuur aan de afgevaardigd bestuurder van Selor.

Bij het afsluiten van de proef wordt de kopij van de kandidaat afgedrukt op het papier dat hem door Selor ter beschikking wordt gesteld.

21 juli 2003.

Mia DE SCHAMPHELAERE.
Erika THIJS.