2-29 | 2-29 |
De heer Jan Remans (VLD). - Naarmate we ouder worden, verliezen onze beenderen geleidelijk een deel van hun mineralen. Deze toestand, die gekend is onder de naam osteoporose, maakt ons kwetsbaar voor breuken. Die kunnen aanleiding geven tot operatie, tot acute pijn en bedlegerigheid bij wervelindeukingen, tot chronische pijn en bultvorming vooral bij vrouwen na de menopauze, tot werkonbekwaamheid en zelfs tot blijvende lichamelijke mindervaliditeit.
De botmineraaldensiteit kan worden gemeten. De meest geschikte techniek is DXA.
De Belgian Bone Club heeft de indicatie voor botdensitometrie vastgelegd volgens internationaal erkende criteria. De huidige mogelijkheden inzake therapie pleiten voor een actieve politiek ter opsporing van osteoporose. Een therapie zonder voorafgaande botdensitometrie is onverantwoord.
De therapie zelf vraagt een adequate controle, vooral in de periode dat het botverlies het grootste is, zij het spontaan door de menopauze of geïnduceerd door ziektes of medicatie.
Ik zal mijn inleiding hiertoe beperken, want de minister heeft enkele weken geleden in zijn antwoord op een vraag van de heer Vankrunkelsven bewezen deze materie goed te beheersen.
In 1997 werd de botdensitometrie in ons land terugbetaald. Het ging om 860 frank voor een onderzoek met een apparaat dat meer dan drie miljoen kost en voor een intensieve arbeid van 20 à 30 minuten. Hoewel de kosten dus vrij beperkt zijn en daardoor ook het totale budget voor botdensitometrie bescheiden is, werd de terugbetaling zonder duidelijke motivatie afgeschaft.
In de huidige situatie is de prijs, die naar gelang het centrum varieert van 800 tot 1500 frank voor een meting van 1 à 2 botregio's, volledig ten laste van de patiënt.
Kan de minister ervoor zorgen dat de terugbetaling van de botdensitometrie door middel van de DXA-techniek opnieuw gebeurt? Het herstel van de terugbetaling is dringend vereist wanneer men bedenkt dat botdensitometrie actueel het meest nuttige technisch onderzoek is naar osteoporose, dat de kostprijs redelijk is en dat het RIZIV zelf botdensitometriewaarden heeft geselecteerd als criterium voor de terugbetaling van bepaalde geneesmiddelen voor osteoporose.
Kan de minister aanvaarden dat patiënten met een beperkt budget voor een dilemma staan? Ofwel wordt hen een medicament ontzegd dat hen voordelen biedt, omdat ze niet de financiële middelen hebben om de botdensitometrie te bekostigen, ofwel moeten ze de botdensitometrie die vereist is om terugbetaling van het medicament te bekomen, uit eigen zak betalen.
De heer Frank Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken en Pensioenen. - Ik ben het met het geachte lid eens dat de osteodensitometrie een belangrijk onderzoek is om tot de correcte diagnose van osteoporose te komen.
In het verleden is echter gebleken dat de osteodensitometrie aangevraagd werd voor gelijk welke indicatie. Dat gaf aanleiding tot een belangrijke uitgavenstijging in de sector van de medische beeldvorming. In de vorige legislatuur heeft de minister van sociale zaken daarom aan de Technisch Geneeskundige Raad van het RIZIV gevraagd om terzake maatregelen te nemen met het oog op de beheersing van de uitgaven. De Technisch Geneeskundige Raad heeft dan `brutaal' voorgesteld om de osteodensitometrie te schrappen als terugbetaalde prestatie.
Ik ben het met de heer Remans eens dat deze problematiek moet worden herbekeken. Meer bepaald moeten experts mij vertellen onder welke voorwaarden de terugbetaling van een osteodensitometrie gerechtvaardigd is om de diagnose van osteoporose te objectiveren. Dit mag echter niet leiden tot een situatie dat men zonder enige aanleiding en zonder enig anamnestisch vermoeden bij eender welke vrouw of man het onderzoek voorschrijft.
Concreet moeten experts bepalen onder welke condities de terugbetaling verantwoord is. Dat zou bijvoorbeeld kunnen wanneer het gaat om een follow up van bepaalde pathologische toestanden om de medicamenteuze therapie bij ernstige osteoporose te evalueren. Als het gaat om screening van osteoporose bij een asymptomatische populatie heb ik meer reserves.
De experts van de Technisch Geneeskundige Raad van het RIZIV moeten zich uitspreken over de situaties waarbij screening van osteoporose door middel van osteodensitometrie aangewezen en gezondheidseconomisch te verantwoorden is. Dit is in elk geval een minder ruime groep dan alle vrouwen in de menopauze. Er bestaan nu al duidelijke omschrijvingen in de wetenschappelijke literatuur over de condities waaronder een osteodensitometrische screening aangewezen is. Ik zal de Technisch Geneeskundige Raad de opdracht geven om deze problematiek te onderzoeken.
Ten slotte moeten we ook de budgettaire impact van terugbetaling onder bepaalde voorwaarden inschatten. Vervolgens moeten de nodige financiële middelen worden gevonden, soms boven de toegestane groeinorm.
Ik heb nog een laatste opmerking. Het ene moment verlangt men van mij dat ik het budget van de verplichte ziekteverzekering in evenwicht houd, maar tegelijkertijd vraagt men mij om allerlei terugbetalingen toe te staan voor diagnostische of therapeutische interventies. Dit is een moeilijke evenwichtsoefening. Ik durf gerust te verklaren dat ik voorstander ben van meer middelen voor de verplichte ziekteverzekering, op voorwaarde dat het gaat om interventies die een bewezen wetenschappelijk nut hebben.
De heer Jan Remans (VLD). - Ik heb de minister niet om een screening van de bevolking verzocht. Ik heb er wel op aangedrongen botdensitometrie toe te staan wanneer aan de internationaal erkende criteria wordt voldaan. Ik kan de minister een voorstel overhandigen, dat niet door mij, doch door de Belgian Bone Club werd opgesteld en waarin de internationaal erkende criteria zijn opgenomen.