Königliche Meteorologische Institut (KMI) - Unwetterwarnung - deutsche Sprache Koninklijk Meteorologisch Instituut (KMI) - Waarschuwing noodweer - Duitse taal
Koninklijk Meteorologisch Instituut
taalgebruik
Duitstalige Gemeenschap
natuurramp
24/11/2021 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 23/12/2021) |
23/12/2021 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-1414
Diese Frage bezieht sich auf die Artikel 77 und 78 der Verfassung.
Am 29. April 2019 verabschiedete das Parlament der Deutschsprachigen Gemeinschaft eine Resolution zum Sprachgebrauch der deutschen Sprache im föderalen Gebilde Belgiens. Ein Punkt dieser Resolution (Dokument Parlament der Deutschsprachigen Gemeinschaft Nr. 296 (2018-2019) Nr. 3, https://pdg.be/addons/SharepointDokumentsuche/desktop/SharepointDokDetails.aspx?DokID=a94e82df-2dd1-403a-8f78-93f5f58b0055&FileID=70b2f6d6-ef1f-44d9-9a9e-629012925a39) ging auf die Stärkung des Stellenwertes der deutschen Sprache innerhalb des belgischen Staatsgefüges ein. Konkret soll darauf hingearbeitet werden, dass Dienstleistungen staatlicher oder teilstaatlicher Betriebe auch in Deutsch angeboten werden.
Laut meiner Informationen erhalten deutschsprachige Internetnutzer allerdings folgende Nachricht, sobald sie sich auf die Webseite des Königliche Meteorologische Institut (KMI) begeben:
«Vorhersagen
Die ausführlichen Texte der Wettervorhersage sind leider nur in Niederländisch und Französisch verfügbar.»
Das KMI ist in diesem Zusammenhang nur ein Beispiel. Die deutsche Sprache wird auch durch andere öffentliche Betriebe oftmals nur unzureichend angewandt.
Daher erlaube ich mir, Ihnen, folgende Fragen zu stellen:
1) Ab wann ist damit zu rechnen, dass dieses öffentliche Institut seine Mitteilungen gemäß der Sprachgesetzgebung auch in deutscher Sprache anbieten wird?
2) Werden momentan konkrete Schritte unternommen, um die deutschsprachige Bevölkerung Belgiens auf drohende Unwetter oder Extremwetterperioden in deutscher Sprache zu informieren?
___________________
Deze vraag heeft betrekking op de artikelen 77 en 78 van de Grondwet.
Op 29 april 2019 heeft het Parlement van de Duitstalige Gemeenschap een resolutie aangenomen over het gebruik van de Duitse taal in het federale België. Een van de punten van deze resolutie (document Parlement van de Duitstalige Gemeenschap nr. 296 (2018-2019), nr. 3, http://www.pdg.be/addons/SharepointDokumentsuche/desktop/SharepointDokDetails.aspx?DokID=ebd5e11a-6de0-4e16-b556-585d3648027f&FileID=63eaea10-14e9-41d3-aec0-4073f2d89e74) betrof de versterking van de positie van de Duitse taal binnen de Belgische staatsstructuur. Concreet zou ernaar moeten worden gestreefd dat de dienstverlening van overheidsbedrijven en -instellingen op federaal en gewestelijk niveau ook in het Duits wordt aangeboden.
Volgens mijn informatie krijgen Duitstalige internetgebruikers echter het volgende bericht te zien zodra zij de website van het KMI bezoeken:
Vorhersagen (Verwachtingen)
Die ausführlichen Texte der Wettervorhersage sind leider nur in Niederländisch und Französisch verfügbar. (De gedetailleerde weersverwachtingen zijn helaas alleen beschikbaar in het Nederlands en het Frans.)
Het KMI is slechts één voorbeeld in dit verband. De Duitse taal wordt ook door andere overheidsbedrijven en -instellingen vaak onvoldoende gehanteerd.
Daarom ben ik zo vrij om u de volgende vragen te stellen:
1) Wanneer kan worden verwacht dat dit openbare instituut zijn mededelingen overeenkomstig de taalwetgeving ook in het Duits zal aanbieden?
2) Worden er momenteel concrete stappen ondernomen om de Duitstalige bevolking van België in het Duits te informeren over dreigend noodweer of extreme weersomstandigheden?
Ich teile dem Herrn Senator mit, dass ich für die Beantwortung dieser Frage auf die Antwort zur Frage Nr. 7-1414 verweise, die an den Staatssekretär für Wirtschaftsbelebung und Strategische Investitionen, beauftragt mit der Wissenschaftspolitik, gerichtet worden ist.
_________________________________________
Ik deel het geachte lid mee dat ik voor het antwoord op de vraag verwijs naar het antwoord op de schriftelijke vraag nr. 7-1414 gesteld aan de staatssecretaris voor Relance en Strategische Investeringen, belast met Wetenschapsbeleid.