Ontwikkelingprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) - Index menselijke ontwikkeling - Achteruitgang België - Strategie om opnieuw een betere plaats in te nemen
Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties
sociale ontwikkeling
levensstandaard
levenskwaliteit
ontwikkelingsbeleid
menselijke ontwikkeling
3/4/2008 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/5/2008) |
8/5/2008 | Antwoord |
Herindiening van : schriftelijke vraag 4-391
Het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) publiceerde onlangs zijn jaarlijks verslag over de Human Development Index. België is vier plaatsen gezakt. Het staat dit jaar zeventiende terwijl het vorig jaar als dertiende eindigde. Toch kunnen we nog altijd zeggen dat het in België "goed leven" is, want eindigen als zeventiende van de 177 is nog altijd heel eerbaar. We behoren daarmee immers nog altijd tot de "top twintig" van de landen met een hoge menselijke ontwikkeling.
We mogen echter niet uit het oog verliezen dat België al vier jaar op rij zakt. Vier jaar geleden eindigden we op de zesde plaats, vervolgens schoven we op naar de negende en daarna naar de dertiende plaats, om dit jaar op de zeventiende plaats te belanden. Dat lijkt me nog niet echt alarmerend, maar er rijzen toch vragen bij. De constante terugval zou kunnen wijzen op de achteruitgang van bepaalde indicatoren in ons land, een stagnatie van onze levensstandaard of op het onvermogen om de levenskwaliteit van de burgers te verbeteren. Het wijst er in ieder geval op dat onze levenskwaliteit niet als vanzelfsprekend mag worden beschouwd en dat ze de weergave is van de volgehouden en coherente inspanningen van de Belgische beleidsmakers.
Onze federale regering moet daaruit de nodige gevolgen trekken inzake het bestuur van ons land dat, volgens de criteria van de Human Development Index (gebaseerd op het gezondheidssysteem, de levensverwachting, de levensstandaard, het onderwijsniveau en de rijkdom per inwoner) dit jaar opnieuw een slechter rapport heeft gekregen.
Ik zou graag weten welke elementen aan de basis liggen van die achteruitgang en welke strategie de regering voor ogen heeft om opnieuw een betere plaats op die index in te nemen en blijk te geven van onze vastberadenheid om onze medeburgers een betere levenskwaliteit te bieden.
Het aangehaalde onderwerp in dit schriftelijke vraag over de positie van België in de rangschikking van de PNUD valt niet onder de bevoegdheid van de minister van Ontwikkelingssamenwerking.