|
|
Europese visserijsector - Britse beschermde mariene gebieden - Bodemvisserij - Verbod - Britse unilaterale beslissing - Handels- en samenwerkingsovereenkomst tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie - Overeenstemming - Europees standpunt
Verenigd Koninkrijk
gemeenschappelijk visserijbeleid
zeevisserij
samenwerkingsovereenkomst
| 26/3/2024 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 25/4/2024) |
| 2/4/2024 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-2269
Als voorzitter van het federaal Adviescomité voor Europese Aangelegenheden, ben ik zo vrij de vraag van mijn ambtsgenoot, de heer Jean-Fraçois Rapin, van de Franse Senaat, over te nemen. De vraag gaat over de unilaterale maatregelen die het Verenigd Koninkrijk heeft genomen inzake de beperking van het gebruik van sleepnetten over de bodem in sommige beschermde mariene gebieden.
Op 8 februari 2024 deelde het Verenigd Koninkrijk immers zijn voornemen mee aan de Europese Commissie om het gebruik van sleepnetten over de bodem te beperken in dertien beschermde mariene gebieden, vanaf 22 maart 2024. Mijn ambtsgenoot, de heer Rapin, was verontrust door de dramatische gevolgen die een dergelijke beslissing zou kunnen hebben voor de Franse vaartuigen die in de zeven betrokken sites van het Kanaal en de Keltische zee opereren, met belangrijke financiële verliezen voor de betrokken visserijsector. De Belgische vissersboten zouden ook hard getroffen worden. Uiteindelijk zou het verbod op bodemvisserij in de Britse beschermde mariene zones de doodsteek kunnen betekenen voor de Europese visserijsector, aangezien de Scandinavische landen er ook onder te lijden zouden hebben, vooral omdat de komende maanden nieuwe unilaterale maatregelen zouden worden genomen.
Deze vraag stond op de agenda van de Raad van de Europese Unie over de visserij, op 26 februari 2024, teneinde te onderzoeken of die maatregelen in overeenstemming zijn met de handels- en samenwerkingsovereenkomst tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie. De Europese visserijsector, die achtereenvolgens getroffen werd door de Brexit, de coronapandemie en de stijging van de energieprijzen, staat bloot aan nakende grote risico's. In die context wens ik de volgende vragen te stellen:
1) Werd de unilaterale actie van de Britse regering als wettelijk beoordeeld tijdens de laatste Raad van 26 februari 2024?
2) In welke mate zal volgens u die Britse unilaterale beslissing de visserijsector van ons land treffen?
3) Voor zover die acties als onwettig werden beschouwd door de Raad, welke specifieke maatregelen plant de Belgische regering, als voorzitter van de Raad, voor te stellen om de mogelijk desastreuze gevolgen van die beperkingen te verzachten voor de Belgische en Europese vissersvaartuigen die in de bedoelde beschermde mariene gebieden opereren?
4) Welke stappen zal de Europese Commissie nemen om de belangen van de Europese Unie te verdedigen in die context?
5) Welke inspanningen zal de Belgische regering leveren om de samenwerking tussen de Lidstaten van de Europese Unie te versterken en om de Europese Commissie aan te moedigen een krachtig standpunt in te nemen ten aanzien van het Verenigd Koninkrijk over die unilaterale maatregelen?
Aangezien zowel de federale staat als de gewesten en gemeenschappen over internationale bevoegdheden beschikken en meewerken aan het bepalen van het buitenlands beleid van ons land, is het volkomen gerechtvaardigd deze transversale vraag in de Senaat in te dienen.
Ik ben ervan overtuigd dat deze vragen cruciaal zijn om de belangen van de Europese visserijsector te verdedigen en om een gecoördineerd en efficiënt antwoord te bieden op deze situatie.
De vraag gaat over een verbod op sleepnetten in Britse beschermde zeegebieden en de impact op de Belgische vissers. Vistechnieken en visserij zijn echter een Vlaamse bevoegdheid. Ik stel dan ook voor om uw vraag te richten aan de bevoegde minister in de Vlaamse regering, mevrouw Hilde Crevits.