Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-794

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 8 januari 2016

aan de minister van Justitie

Europees Verdrag over de preventie van en de strijd tegen geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (Verdrag van Istanbul) - Ratificatie - Uitvoering - Acties

huiselijk geweld
seksueel geweld
ratificatie van een overeenkomst
Europese Conventie
slachtofferhulp
rechten van de vrouw

Chronologie

8/1/2016Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 11/2/2016)
27/4/2016Antwoord

Vraag nr. 6-794 d.d. 8 januari 2016 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het verdrag van Istanbul is een bijzonder belangrijk verdrag in de strijd tegen huiselijk geweld en voor de bescherming van de rechten van de vrouw. Het werd ondertekend en opengesteld op 11 mei 2011 te Istanbul. Het verdrag is van kracht sinds 11 augustus 2014, na ratificatie door tien ondertekenaars, waarvan minstens acht een lidstaat zijn van de Raad van Europa. Tot op heden werd het verdrag ondertekend door 37 landen en hebben 16 landen het verdrag geratificeerd. Ons land ondertekende het verdrag op 11 september 2012.

Ons land heeft dit verdrag nog steeds niet geratificeerd.

Inmiddels werd het verdrag wel goedgekeurd door de Kamer van Volksvertegenwoordigers en door het Brussels Hoofdstedelijk Parlement. Vermoedelijk hebben alle andere bevoegde parlementen het reeds goedgekeurd.

Het is noodzakelijk dat het Verdrag van Istanbul door België zo snel mogelijk geratificeerd wordt op alle noodzakelijke niveaus. Het gaat over een gemengd verdrag dat door alle gewest- en gemeenschapsparlementen en de federale staat dient te worden goedgekeurd.

Uiteraard is alles belangrijk binnen dit verdrag, maar we vragen extra inzet én het verwezenlijken van artikel 25 van dit verdrag binnen deze legislatuur. Ter verduidelijking: multidisciplinaire opvang en crisiscentra voor slachtoffers van seksueel geweld, forensisch gespecialiseerd onderzoek, opzetten van voldoende centra voor medisch en forensisch onderzoek, traumaverwerking en advisering voor slachtoffers van seksueel geweld.

Natuurlijk gaat het hier over een bij uitstek transversale bevoegdheid, daar alle parlementen betrokken zijn. De strijd tegen geweld op vrouwen is een aangelegenheid met politionele, justitiële, welzijns-, onderwijs-, integratie-, culturele, gemeentelijke, ... aspecten.

Wat zal de minister doen om zo snel mogelijk dit verdrag te kunnen ratificeren?

Wordt er overleg gepleegd met alle deelstaatparlementen en met de respectieve regeringen om zo snel mogelijk te kunnen overgaan tot uitvoering van dit verdrag?

Wat zal de minister doen om dit verdrag in ons land uit te voeren en zo een nationale campagne te ondersteunen van de strijd tegen seksueel geweld?

Wanneer verwacht de minister de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad?

Zal de minister, gelet op de feiten van oudejaar in o.a. Keulen, acties ondernemen en bespreken met het College van procureurs-generaal, om seksueel geweld daadwerkelijk te bestrijden?

Antwoord ontvangen op 27 april 2016 :

De federale overheidsdienst (FOD) Justitie heeft de bekrachtiging van het Verdrag van Istanbul voorbereid. De wet houdende instemming werd gestemd in de plenaire vergadering van de Kamer van volksvertegenwoordigers van 3 december 2015. Op 14 maart 2016 werd het ratificeringsinstrument neergelegd bij de Raad van Europa.

Vervolgens wordt verwezen naar het Nationaal Actieplan ter bestrijding van alle vormen van gendergerelateerd geweld 2015-2019. Het opzet van het plan is het opvoeren van de Belgische inspanningen voor het voorkomen en bestrijden van alle vormen van gendergerelateerd geweld ten aanzien van vrouwen en mannen. Meer bepaald zal aan de hand van dat plan worden gefocust op seksueel geweld.

Voorts is dat plan erop gericht seksueel geweld te bestrijden op nationaal niveau, vermits daarbij wordt samengewerkt tussen de betrokken federale, communautaire en gewestelijke administraties en er dus een heel aantal betrokken actoren zijn samengebracht. Elk ervan moet acties ondernemen binnen zijn bevoegdheidsdomein.

Dat actieplan ligt dus geheel in lijn van het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (Verdrag van Istanbul).