Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-562

van Jean-Jacques De Gucht (Open Vld) d.d. 26 maart 2015

aan de minister van Financiën, belast met de Bestrijding van de fiscale fraude

Recupel VZW - Rapport van het Rekenhof - Recyclagebijdragen - Verlaging - Opgebouwde financiële reserves - Opeising - Overleg met de Gewesten

hergebruik van afvalstoffen
huishoudelijk apparaat
organisatie zonder winstoogmerk
milieuheffing
Rekenhof (België)
financiële controle
financieel toezicht

Chronologie

26/3/2015Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 30/4/2015)
2/4/2015Antwoord

Vraag nr. 6-562 d.d. 26 maart 2015 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Recupel VZW organiseert in België de inzameling en verwerking van afgedankte elektro-apparaten. De vereniging werd in het leven geroepen ter ondersteuning van de aanvaardingsplicht. Dat is een wetgeving die bepaalt dat elke handelaar die een elektrisch apparaat op de Belgische markt brengt, ook de inzameling en de verwerking van de afgedankte toestellen op zich moet nemen. Recupel werkt daarom nauw samen met onder andere handelaars en gemeenten voor het transport en de ecologische verwerking van de afgedankte apparaten. De activiteiten van Recupel worden gefinancierd door een bijdrage die klanten betalen bij aankoop van een nieuw toestel. Recupel beschikt over een wettelijk monopolie; de controle door de overheid is dus meer dan aangewezen.

Het Rekenhof stelt echter vast dat ten gevolge van de technologische ontwikkelingen, de daling van de kostprijs van de recyclage en de waarde van de basisgrondstoffen uit de recyclage de activiteiten van Recupel bijzonder lucratief zijn geworden. Recupel maakt aldus als "vereniging zonder winstoogmerk" een winst van respectievelijk 6,4 miljoen euro in 2012 en 5,9 miljoen euro in 2013. Luidens de balans van 2013 bedragen de beschikbare middelen 254,6 miljoen euro. Recupel heeft aldus een beleggingsfonds opgericht ten belope van 171,4 miljoen euro. Het aandeelhouderschap van deze SICAV is voorbehouden voor de producenten van elektronica. De hoogte van de bijdragen moet omlaag, zeker wanneer rekening wordt gehouden met de reële kosten die vasthangen aan de terugnameverplichting.

Luidens het Rekenhof is er maar één uitleg voor dit alles, namelijk dat de burger te veel betaalt. Het Rekenhof oordeelt dat de recyclagebijdragen die door deze organisatie worden geïnd, aanzienlijk hoger liggen dan de kosten voor het verzamelen en het recycleren van afval. Recupel beschikt aldus over een spaarvarken van 254,6 miljoen euro, waarvan 171,4 miljoen euro in een SICAV is gestoken die voorbehouden is voor de producenten van elektronische apparaten en waarvan de middelen afkomstig zijn van de consument.

Deze vraag betreft een gewestelijke transversale aangelegenheid. Zo zijn er de gewestelijke milieuovereenkomsten die zijn afgesloten met Recupel door de verschillende Gewesten en de diverse decreten en besluiten, zoals het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen.

Graag had ik u volgende vragen voorgelegd :

1) Hoe reageert u op het rapport van het Rekenhof wat betreft Recupel en bent u het eens met het besluit dat de bijdrage van de consument moet dalen? Zo neen, kunt u zeer uitvoerig toelichten ? Zo ja, kunt u de inhoud en timing toelichten ?

2) Het Rekenhof moedigt tevens de respectieve overheden aan om een deel van de opgebouwde reserves aan te spreken en de Waalse overheid zou alvast een eerste tranche van 700 000 euro opeisen. Zult u eveneens, samen met de Gewesten, een deel van de opgebouwde reserves opvragen, gezien deze werden gefinancierd door de consumenten ?

Antwoord ontvangen op 2 april 2015 :

Gelet op het feit dat de federale overheidsdienst (FOD) Financiën niet is tussenbeide gekomen in het kader van de terugname van afgedankte elektrische en elektronische apparaten en dat de opmerkingen in het 26ste Boek van Opmerkingen van het Rekenhof trouwens betrekking hebben op het Waalse Gewest, behoort het niet tot mijn bevoegdheid om mij over deze vragen uit te spreken.