Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-389

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 15 januari 2015

aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel

Inschakelingsuitkering - Uitsluitingsmaatregelen - Gevolgen voor de Gewesten - Cijfers

officiële statistiek
geografische spreiding
werkloosheidsverzekering
werkloze
Actiris

Chronologie

15/1/2015Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 19/2/2015)
8/9/2017Rappel
16/11/2018Rappel
14/1/2019Rappel
8/4/2019Antwoord

Vraag nr. 6-389 d.d. 15 januari 2015 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Op 30 november 2014 berekende Actiris, de Brusselse Gewestelijke Dienst voor arbeidsbemiddeling, dat 4694 personen op 1 januari 2015 hun recht op een inschakelingsuitkering zouden kunnen verliezen.

Eind september 2014 werd dit aantal nog op 5281 personen geraamd. In tussentijd hebben verschillende werkzoekenden werk gevonden, zich ingeschreven voor een opleiding, hun studies hervat of eenvoudigweg hun inschrijving bij Actiris stopgezet.

Dit cijfer werd bekomen op basis van de lijst die door de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA) werd bezorgd in de zomer van 2014. Deze lijst bevatte 7300 namen en werd vergeleken met de informatie waarover Actiris beschikte. Hierdoor kwam het aantal potentiële uitgeslotenen lager te liggen.

Op basis van dezelfde gegevens van Actiris, zouden in 2015, naast de 4694 personen ook 3623 bijkomende werkzoekenden hun recht op een uitkering kunnen verliezen.

In 2015 zouden in het totaal dus 8317 personen kunnen worden uitgesloten. Indien de federale regering de maatregel handhaaft, dan zal het aantal uitgeslotenen de komende jaren nog stijgen.

Een enorm aantal mensen worden dus door deze federale uitsluitingsbeslissing getroffen.

1) Graag had ik van de minister vernomen over hoeveel mensen door deze maatregel getroffen worden in de verschillende Gewesten:het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaams Gewest en het Waals Gewest? Graag kreeg ik deze cijfers ook per provincie.

2) Hoe is binnen de Gewesten en provincies de verdeling per leeftijd ?

3) Hoeveel mannen en hoeveel vrouwen worden getroffen?

4) Zal deze maatregel hoofdzakelijk personen treffen die een gezin ten laste hebben ?

5) Hoe is binnen de Gewesten en provincies de verdeling per opleidingsniveau?

Antwoord ontvangen op 8 april 2019 :

In de hiernavolgende tabel wordt het aantal werklozen weergegeven dat in de voorbije jaren het recht op inschakelingsuitkeringen verloor omdat de maximale duur van de uitkering werd bereikt, en dit per provincie en geslacht (antwoord op de vragen 1 en 3).

Voor 2018 : voorlopige cijfers.

Gelet op het feit dat het om werklozen met inschakelingsuitkering gaat, betreft het voornamelijk jongeren. In 2015, het eerste jaar waarin de maatregel werd toegepast betrof het ook een aantal niet meer zo jonge werklozen, dat de toegelaten maximumduur van de uitkeringen reeds overschreden had op het ogenblik dat de maatregel in werking trad.










Wordt over de ganse periode gekeken naar de familiale toestand van de werklozen die de toegelaten duur van de inschakelingsuitkeringen bereikten dan blijkt dat het 21,9 % werklozen met gezinslast betrof, 11 % alleenwonenden en 67,1 % werklozen zonder gezinslast. Naargelang het gewest varieert deze verhouding echter nogal : zo ligt in het Brussels gewest bijvoorbeeld het aandeel van werklozen met gezinslast en alleenwonenden hoger (respectievelijk 24,3 % en 17 %), terwijl voor diezelfde gezinssituaties het aandeel in Vlaanderen merkelijk lager ligt (12, 9 % werklozen met gezinslast, 7,5 % alleenwonenden en 79,6 % werklozen zonder gezinslast).

Wat tenslotte de verdeling per opleidingsniveau betreft zijn de resultaten volgens gewest en provincie in grote mate gelijklopend, met een overwicht aan lager geschoolde werklozen.