Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1540

van Jean-Jacques De Gucht (Open Vld) d.d. 12 september 2017

aan de vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der gebouwen

Minderjarige jihadisten - Kindsoldaten - Risico's voor onze samenleving - Bevestigde gedetecteerde aanwezigheid tussen asielzoekers in ons land

kinderbescherming
minderjarigheid
jongere
Syrië
terrorisme
extremisme
religieus conservatisme
radicalisering

Chronologie

12/9/2017Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 12/10/2017)
3/11/2017Rappel
9/12/2018Dossier gesloten

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1541
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1542
Heringediend als : schriftelijke vraag 6-2138

Vraag nr. 6-1540 d.d. 12 september 2017 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Sinds het uitbreken van de burgeroorlog in Syrië en de opkomst van jihadistische strijdgroepen in Syrië en Irak, komen er beelden naar buiten van oorlogsmisdaden die de betrokken partijen in de voortdurende strijd begaan. De terroristische organisatie « Islamitische Staat in Irak en al-Sham » (ISIS) in het bijzonder heeft de strategie om misdaden tegen de menselijkheid te begaan om angst aan te jagen. Het doel heiligt het gebruik van ieder middel bij deze terroristische groepering. Dat geldt ook voor de behandeling en inzet van minderjarigen in ISIS-gebied. Ik verwijs in deze context naar een recent onderzoek van de Nederlandse Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) naar de minderjarigen bij ISIS.

In deze context raakte via een bijzonder onderzoek van de BBC bekend dat er sinds de val van de voormalige bolwerken in Irak van Raqqa en Mosul diverse voormalige minderjarige IS-strijders op weg zijn naar Europa als zogenaamde vluchtelingen. De BBC interviewde twee voormalige kindsoldaten van IS die heden verbleven in respectievelijk België en Duitsland. De in België verblijvende voormalige « child fighter » van IS vocht zowel in Mosul als in Syrië. Hij heeft asiel aangevraagd en zijn verleden als kindsoldaat voor IS is niet gekend bij onze overheid. Bovendien is hij niet de enige die in ons land in dezelfde situatie zit, aldus de reportage van de BBC.

Het hoeft geen betoog dat het op til staande Vlaamse actieplan voor kinderen uit het kalifaat hier nooit vat op kan hebben. Als de overheid het verleden van de « child fighters » van IS niet kent kunnen zij niet begeleid worden. Dit is een bijzonder verontrustend gegeven.

De reportage maakt gewag van 2 000 minderjarige strijders voor IS. ISIS beschouwd de kinderen als één van de pijlers waarop het kalifaat rust. Ze werden geïndoctrineerd via het zogenaamde sharia-« onderwijs ». Dit pseudo-onderwijs wordt gekoppeld aan militaire strategie. Hetzelfde geldt wat betreft de fysieke training. Kinderen worden immuun gemaakt voor geweld en wonen onthoofdingen bij en voeren deze soms zelf uit (al of niet onder dwang). IS ontwikkelde zelf specifieke opleidingsapps. De kinderen leren soms al op vijfjarige leeftijd de wapens te hanteren en de zogenaamde beste van hen worden kandidaat voor zelfmoordaanslagen. Vanaf negen jaar worden de jongens geselecteerd voor trainingskampen. Hierbij worden zij verder geïndoctrineerd en militair gevormd.

Gezien ISIS heden zwaar terrein verliest in Irak en Syrië en gelet de aangegeven reportage blijken dergelijke minderjarige voormalige IS strijders momenteel reeds in ons land te verblijven en erkend te zijn als asielzoeker.

De AIVD zegt hieromtrent het volgende : « De inzet van minderjarigen voor de voorbereiding of de uitvoering van terroristische aanslagen in Europa is voorstelbaar, zeker omdat het hen een mogelijk tactisch voordeel biedt. »

Wat betreft het transversaal karakter van deze vraag : in het Vlaams regeerakkoord wordt er aandacht besteed aan het voorkomen van radicalisering en is er sprake van het oprichten van een cel met experten uit de diverse beleidsdomeinen om radicalisering te voorkomen, te detecteren en te remediëren, met één centraal aanspreekpunt en in samenwerking met andere overheden. De coördinatie van deze cel ligt bij het Agentschap Binnenlands Bestuur. Vooral wat betreft de proactieve aanpak en de handhaving vervult de federale overheid een sleutelrol. In de toekomst zal ook een federale ambtenaar van de FOD Binnenlandse Zaken deel uitmaken van deze cel. Het betreft aldus een transversale aangelegenheid met de Gewesten. Ik verwijs tevens naar het recente actieplan van de Vlaamse regering ter preventie van radicaliseringsprocessen die kunnen leiden tot extremisme en terrorisme.

Ik had dan ook graag een antwoord gekregen op de volgende aanvullende vragen:

1) Hoe reageert u op de getuigenis op de BBC van een voormalige « child fighter » van IS die momenteel in een asielcentrum verblijft en wiens achtergrond niet gekend is door onze overheid alsook op het feit dat er nog andere minderjarige voormalige kindsoldaten van IS in ons land en in een asielcentrum zitten zoals de BBC reportage aantoont ? Kan u uitvoerig toelichten en aangeven hoe u deze gaat identificeren gezien het hoge risico voor onze samenleving ? Deelt u mijn ongerustheid gezien deze mensen mogelijks enerzijds oorlogsmisdaden hebben begaan maar dat ze ook zwaar geïndoctrineerd werden en het mogelijks dus nog steeds zijn ?

2) Kunt u aangeven hoeveel voormalige kindsoldaten van IS of andere extremistische jihadi's die opereren in Syrië en Irak zich momenteel in ons land bevinden en als dusdanig gekend zijn bij onze veiligheidsdiensten ? Hebben onze diensten weet van oorlogsmisdaden die door hen werden begaan, en zo ja, wat wordt er vervolgens mee gedaan ?

3) Kunt u tevens aangeven hoe de concrete opvang en begeleiding verloopt van deze voormalige kindsoldaten van IS die hier als vluchteling zitten of als Belg (kind van jihadi of terugkerende jihadi) gezien de fysieke en psychische gevolgen van hun verleden als strijder en de potentiële oorlogsmisdaden die zij begaan hebben in het « kalifaat » alsook gezien de risico's bij hun terugkeer voor onze samenleving ? Is er sprake van maatwerk en kunt u dit concreet toelichten ?

4) Hoe reageert u op de bevindingen van het special report van de BBC van 17 augustus 2017 en welke belangrijke lessen neemt u mee ? Kan u dit toelichten naar beleidsmaatregelen toe ?