Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1136

van Peter Van Rompuy (CD&V) d.d. 24 november 2016

aan de minister van Financiën, belast met de Bestrijding van de fiscale fraude

Vrijwilligers - Vergoeding - Doorstorting aan een goed doel - Fiscale of sociale kwalificatie

gift
vrijwilligerswerk
belasting van natuurlijke personen
onbetaald werk

Chronologie

24/11/2016Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 29/12/2016)
11/1/2017Rappel
24/1/2017Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1134
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1135

Vraag nr. 6-1136 d.d. 24 november 2016 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag : de gevolgen voor de bevoegdheden van de Gemeenschappen en / of de Gewesten zijn de volgende : het mobiliseren van vrijwilligers is een gedeelde verantwoordelijkheid.

De wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers behandelt in hoofdstuk VII (artikelen 10 tot en met 12) de vergoedingen voor vrijwilligerswerk.

Vrijwilligerswerk is veelal gelinkt aan een breed sociaal engagement. Daarom heb ik de volgende vragen :

1) Indien een vergoeding aan een vrijwilliger niet aan die vrijwilliger zelf wordt uitbetaald, maar rechtstreeks wordt doorgestort naar een goed doel dat aangeduid wordt door de vrijwilliger, wordt deze vergoeding dan nog gekwalificeerd als een vrijwilligersvergoeding (als het bedrag binnen de beperkingen blijft zoals voorgeschreven door de bovenstaande wet) ?

2) Zoniet, welke fiscale of sociale kwalificatie zou op deze betaling moeten worden toegepast ?

3) Kan de vrijwilliger de doorstorting aan het goede doel aftrekken in de personenbelasting indien het gaat om een erkend goed doel waarvoor een fiscaal attest kan worden aangevraagd ?

Antwoord ontvangen op 24 januari 2017 :

1) De wet van 03.07.2005 is een sociale en geen fiscale wet. De fiscale regeling is beschreven in de administratieve circulaire nr. Ci.RH.241/509.803 van 05.03.1999 en de addenda daaraan. 

Indien een vergoeding op vraag van de vrijwilliger niet aan de vrijwilliger zelf wordt betaald, maar rechtstreeks wordt doorgestort naar een andere organisatie, aangeduid door die vrijwilliger, betekent dit dat die vrijwilliger de vrije beschikking over die vergoeding had. 

In dat geval en voor zover het gaat om een forfaitaire terugbetaling van kosten als bepaald in voormelde circulaire, kwalificeert die vergoeding inderdaad als een vrijwilligersvergoeding. 

Dit betekent dat dergelijke vergoedingen in aanmerking worden genomen om de in de circulaire vermelde grensbedragen te beoordelen. Bovendien moeten die vergoedingen worden opgenomen in een nominatieve lijst met vermelding van de uitgekeerde sommen per verkrijger. 

2) Zonder voorwerp. 

3) In de hierboven omschreven omstandigheden heeft de vrijwilliger voor het doorgestorte bedrag recht op de belastingvermindering voor giften, voor zover aan de andere voorwaarden ter zake is voldaan.