Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9630

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 19 juli 2013

aan de minister van Justitie

het negatief advies van de Raad van State over het wetsontwerp voor de hervorming van de rechtsbijstand

rechtsbijstand
administratieve rechtspraak

Chronologie

19/7/2013Verzending vraag
19/12/2013Herkwalificatie
4/2/2014Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3827
Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-4614

Vraag nr. 5-9630 d.d. 19 juli 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Sommigen hadden het voorspeld. De Raad van State gaf negatief advies over het wetsontwerp voor de hervorming van de rechtsbijstand. Dit advies is niet bindend maar een negatief advies van de Raad van State hypothekeert verdere rechtspraak. Ook het Europees Hof voor de Rechten van de Mens kan België voor deze wet veroordelen.

Vraag

Op welke wijze zal de minister rekening houden met het negatieve advies van de Raad van State en zal zij het wetsontwerp voor de hervorming van de rechtsbijstand aanpassen?

Zal de minister, zoals de Raad van State stelt, het voorgestelde remgeld afschaffen of kiest zij ervoor om dit op een andere manier te organiseren?

Zal de minister hierbij in elk geval rekening houden met de financieel heikele toestand waarin steeds meer landgenoten overleven en die o.a. door dit remgeld fundamenteel worden belemmerd in hun recht op een faire, billijke rechtsbedeling?

Antwoord ontvangen op 4 februari 2014 :

Het advies van de Raad van State over het wetsontwerp over de juridische bijstand ontlokt vele interpretaties.

Het remgeldprincipe werd niet afgewezen, maar er moet wel in een aantal uitzonderingen worden voorzien, voornamelijk voor de beschuldigden in strafzaken of voor zij die geenszins in staat zijn tot het betalen van om het even welke bijdrage.

Er zal uiteraard, zoals gebruikelijk, rekening worden gehouden met de opmerkingen van de Raad van State.

Maar de basisfilosofie lijkt mij glashelder, en in het licht van art 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens ook logisch. In essentie zegt het advies dat je de toegang tot de rechtbank moet waarborgen, voor iedereen, in alle omstandigheden. En dus kan je geen remgeld vragen voor diegenen van wie overduidelijk is dat ze zonder volledig kosteloze toegang niet de normale toegang tot het gerecht hebben. Dat is niet alleen een logisch principe, dat is een sociale plicht van de samenleving, en daarin ben ik het volledig eens met de Raad van State.

Ik wil tot slot vooral nog zeggen dat wij het allemaal logisch vinden remgeld te betalen als wij naar de dokter gaan. Als wij een operatie ondergaan, betalen wij een bepaald bedrag zelf.

Als wij een verzekering hebben, is er een zekere franchise. Ik denk dat het ook logisch is dat, als er gebruik kan worden gemaakt van een gratis advocaat, er ook een kleine bijdrage wordt gevraagd. Daarom blijft volgens mij, ook met een invoering van een minimale bijdrage de goede filosofie van het systeem van rechtsbijstand behouden, en blijft het niet alleen betaalbaar in 2013, maar ook in 2020.