Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9484

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 5 juli 2013

aan de minister van Justitie

De dagelijkse goklimiet bij online weddenschappen van de Nationale Loterij

Nationale Loterij
kansspel

Chronologie

5/7/2013Verzending vraag
26/7/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3526

Vraag nr. 5-9484 d.d. 5 juli 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Krachtens het koninklijk besluit van 22 december 2010 is de aanneming van weddenschappen door dagbladhandelaars slechts toegestaan als de inzet lager of gelijk is aan 200 euro of de tegenwaarde van 200 euro. Volgens de minister van Financiën, die ik hierover als minister bevoegd voor de Nationale Loterij ondervroeg, vallen vragen over de toepassing van dit koninklijk besluit onder de bevoegdheid van de voogdijminister van de kansspelcommissie.

Het koninklijk besluit stelt dus een daglimiet van 200 euro per persoon in, wat leidt tot een maandlimiet van 6 000 euro. Die verrassende en zelfs beangstigende hoge limiet staat in schril contrast tot het gemiddelde maandloon van een Belg, dat wordt geraamd op 1 500 euro.

Bevestigt de minister dat de daglimiet per persoon momenteel 200 euro bedraagt? Hoe evalueert de minister de hoogte van dit grensbedrag en hoe verhoudt die goklimiet zich volgens haar tot het gemiddelde maandloon van 1 500 euro? Beaamt de minister mijn analyse dat dit bedrag absoluut en relatief veel te hoog werd bepaald? Kan de minister verklaren hoe, op basis van welke argumenten, redeneringen, afwegingen enz. tot dit bedrag is besloten? Werd de hoogte van dit bedrag reeds geëvalueerd en zo ja, met welk resultaat? Is de minister bereid om die limiet drastisch te verlagen, bijvoorbeeld naar 50 euro per dag? 50 euro per dag betekent, zeker op een moment dat meer en meer mensen in een toestand van armoede verzeilen, nog een erg hoge limiet. Is de minister bereid om hieromtrent een advies te vragen aan de kansspelcommissie?

Bestaat er een daglimiet voor online weddenschappen? Zo ja, welke daglimiet? Vindt de minister dit een redelijk bedrag, rekening houdend met hoger geciteerde redenering? Op welke wijze wordt die regeling toegepast en afgedwongen?

Hoe evalueert en apprecieert de minister, vanuit het perspectief van Justitie, in het algemeen de wijze waarop de Nationale Loterij mensen verleidt en stimuleert tot gokken?

Antwoord ontvangen op 26 juli 2013 :

Het koninklijk besluit van 22 december 2010 tot vaststelling van de voorwaarden tot aanneming van weddenschappen buiten kansspelinrichtingen klasse IV geeft aan dat dagbladhandelaars slechts weddenschappen zullen mogen aannemen waarvoor een inzet werd gedaan die het bedrag of de tegenwaarde van 200 euro niet overschrijdt

Deze beperking van de mogelijkheid tot inzetten kadert in de algemene filosofie waarop de kansspelwetgeving gesteund is. Onder de gewijzigde wet op de kansspelen, vormt de aanname van weddenschappen door dagbladhandels een uitzondering op de regel volgens dewelke de aanneming van weddenschappen bij voorkeur dient te gebeuren in kansspelinrichtingen klasse IV. Aangezien het voor dagbladhandels slechts mag gaan om een aanvullende activiteit, is de beperking voor de inzet gerechtvaardigd.

Op dit moment staat een herziening van dit koninklijk besluit niet op de agenda.

Bovendien dient het bedrag enigszins genuanceerd te worden gezien de sui generis aard van weddenschappen. Indien men wenst te wedden op een torenhoge favoriet zijn de noteringen erg laag, waardoor een speler bijvoorbeeld 100 euro moet inzetten om 10 euro winst te verkrijgen. Daardoor kan men de inzet bij weddenschappen niet vergelijken met de inzet bij andere klassieke kansspelen, zoals bijvoorbeeld slotmachines.

Wat betreft de weddenschappen van de Nationale Loterij, deze vallen volledig onder de bevoegdheid van de Kansspelcommissie als Belgische regulator inzake kansspelen. De Nationale Loterij beschikt over een vergunning klasse F1 voor het inrichten van weddenschappen en alle verkooppunten beschikken over een vergunning klasse F2 voor het aannemen van weddenschappen. De Nationale Loterij wordt aldus wat betreft haar weddenschappen behandeld zoals alle andere privé-operatoren en dient aan alle beschermingsmaatregelen zoals voorzien door de Kansspelwet te beantwoorden.