Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8959

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 6 mei 2013

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie

Homoseksuele asielzoekers - Opvangcentra - Geweld - Meldpunt veiligheid - Nederlands rapport

seksuele minderheid
politiek asiel
illegale migratie
geweld
sociale voorzieningen
asielzoeker

Chronologie

6/5/2013Verzending vraag
6/6/2013Antwoord

Vraag nr. 5-8959 d.d. 6 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De Nederlandse Tweede Kamer hield onlangs een debat over de problematiek van homoseksuele asielzoekers. Met name homo- en biseksuele vluchtelingen uit islamitische landen hebben problemen in de opvangcentra .

Een Nederlandse vzw ontving afgelopen anderhalf jaar 158 klachten van homoseksuelen en lesbiennes die uit hun thuisland zijn gevlucht om asiel aan te vragen in Nederland. In asielzoekerscentra belanden zij naar verluidt vaak tussen landgenoten die op hen neerkijken vanwege hun geaardheid. Dit leidt volgens de stichting geregeld tot fysieke confrontaties.

Een woordvoerder van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) laat overigens weten dat ze een meldpunt veiligheid hebben opgericht, waar iedere asielzoeker terecht kan.

Eerder werd al bekend gemaakt dat vaak aan homoseksuele migranten wordt gevraagd hun geaardheid geheim te houden tijdens het inburgeringsproces, zodat zij geen problemen zouden krijgen met andere migranten.

Ik heb dan ook volgende vragen voor de minister:

1) Hoe reageert u als beleidsmaker op het Nederlandse rapport "Pink Solutions, inventarisatie situatie LHBT asielzoekers"?

2) Beschikt u over concrete indicaties dat holebi-vluchtelingen uit islamitische landen worden geconfronteerd met fysiek en verbaal geweld van voormalige landgenoten in de asielcentra? Kunt u concreet toelichten hoeveel incidenten er de laatste drie jaren op jaarbasis plaatsvonden? Kunt u dit toelichten en aangeven hoe deze zich verhouden tot de Nederlandse cijfers?

3) Wat vindt u van het Nederlands initiatief om een meldpunt veiligheid op te richten waar een asielzoeker concreet terecht kan ingeval van klachten wegens onverdraagzaamheid en fysiek en verbaal geweld in asielcentra?

4) Kunt u aangeven of, en zo ja hoe, er in de asielcentra aandacht wordt besteed aan discriminatie en geweld jegens holebi's vanwege andere asielzoekers? Kunt u inhoudelijk toelichten?

Antwoord ontvangen op 6 juni 2013 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.

1. Dit Nederlandse rapport verdient uiteraard de volle aandacht van alle betrokken overheidsdiensten en is een zeer waardevol instrument. Mijn diensten zullen het analyseren teneinde verbeteringsmogelijkheden in onze centra te ontwikkelen.

2. Incidenten in de opvangstructuren van de verschillende opvangpartners worden niet op dezelfde manier worden geregistreerd waardoor geen globale cijfers kunnen worden gegeven.

3. Elke vorm van geweld die door een bewoner gerapporteerd wordt, of rechtstreeks door een personeelslid wordt vastgesteld, wordt in een intern centrumrapport genoteerd om de opvolging ervan te garanderen. Er bestaat daarnaast reeds een klachtenprocedure die door elke bewoner van de opvangstructuur kan worden gebruikt. Dit wordt aan elke asielzoeker uitgelegd tijdens de bespreking van het huishoudelijk reglement.

4. De opvangbehoeften van de LGBT-asielzoekers moeten de nodige aandacht krijgen. Zo voorziet de opvangwet dat regelmatig een evaluatie plaatsvindt om specifieke behoeften van de asielzoeker te identificeren en om te bepalen of de begeleiding hieraan voldoet. Is dit niet het geval, dan kunnen er maatregelen worden voorgesteld om dit te verhelpen binnen de opvangstructuur, zoals begeleiding door een gespecialiseerde vereniging (zoals Wish, Merhaba, etc.).

Wanneer het probleem niet intern kan worden opgelost, doordat de bewoner bijvoorbeeld een sterk onveiligheidgevoel ervaart, kan op vraag van de bewoner een transfer georganiseerd worden naar een meer geschikte structuur (bijvoorbeeld: een kleiner centrum, verder van de grote steden).

Bij discriminatie of bij geweld zal de dader worden gesanctioneerd. Voor zeer ernstige feiten kan voor de dader een beslissing van tijdelijke uitsluiting van opvang of zelfs van overplaatsing naar een gesloten centrum worden genomen of zelfs overplaatsing naar een gesloten centrum. Bij discriminatie en/of geweld worden asielzoekers ook steeds geïnformeerd over hun recht een klacht in te dienen bij de politie.

Het spreekt voor zicht dat geweld onder geen beding worden toegelaten in de opvangstructuren. Elke bewoner heeft het recht om zich veilig te voelen. Bijgevolg wordt elke vorm van geweld dat gerapporteerd wordt of door een personeelslid wordt vastgesteld in een intern centrumrapport genoteerd om de snelle en nodige opvolging ervan te garanderen.

Het huishoudelijk reglement verbiedt duidelijk elk vorm van racisme of discriminatie tegenover derden of het aanmoedigen ervan. Bij een sterk gevoel van onveiligheid in een (open) opvangstructuur en op vraag van de LGBT-bewoner kan deze worden overgebracht naar een meer aangepaste structuur (vb. een kleiner centrum, verder afgelegen van de grote stad). Ook hebben medewerkers van federale opvangcentra het AHHA-project (Aangepaste Hulpverlening voor Asielzoekers) opgestart met als doelstelling de groep van LGBT-asielzoekers beter te omkaderen door begeleiders te sensibiliseren en te informeren. Via de workshops van het “Rainbow House”, in samenwerking met Rainbows United, wordt verder aan LGBT-asielzoekers een veilige plek geboden waar zij informatie krijgen over de asielprocedure, de Belgische maatschappij, etc.