Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8758

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 17 april 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Verblijf in een rust- en verzorgingstehuis - Rechten van de patiënt - Vrije keuze van zorgverstrekker - Apothekers - Levering van medicijnen

apotheker
sociale voorzieningen
rechten van de zieke
geneesmiddel
OCMW

Chronologie

17/4/2013Verzending vraag
23/9/2013Rappel
29/10/2013Rappel
3/12/2013Herkwalificatie
24/1/2014Antwoord

Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-4372

Vraag nr. 5-8758 d.d. 17 april 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Heel wat rust- en verzorgingstehuizen, al dan niet uitgebaat door de overheid (in casu het Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn of OCMW), bestellen de medicijnen voor hun inwoners gecentraliseerd bij één en dezelfde apotheek. De bestellingen worden geleverd en dan verdeeld onder de patiënten. De wet betreffende de rechten van de patiënt van 22 augustus 2002 stelt in artikel 6 dat elke patiënt de vrije keuze moet hebben qua zorgverstrekker. Ook een apotheker is een zorgverstrekker. De apotheker staat immers in voor de individuele medicatievoorbereiding. Mijns inziens kan het niet dat dit recht zou vervallen van zodra men in een rusthuis gaat wonen. Elke apotheker zou toch de mogelijkheid moeten hebben om te kunnen leveren aan een rusthuis? Zeker wanneer het gaat om voorschriftplichtige medicijnen kan hier ook geen sprake zijn van een prijsvermindering waardoor het interessant zou zijn om alles bij dezelfde leverancier aan te kopen.

Ik had dan ook volgende vragen voor de geachte minister:

1) Bent u op de hoogte van het feit dat heel wat rusthuizen voor de medicijnen van hun patiënten beroep doen op één en dezelfde apotheker?

2) Valt het leveren van medicijnen aan patiënten die verblijven in een rusthuis onder de wet van 22 augustus 2002, meer bepaald de vrije keuze van de zorgverstrekker? Wordt een apotheker aanzien als een zorgverstrekker?

3) Mogen rusthuizen hun patiënten verplichten hun medicijnen te bestellen bij één en dezelfde apotheker indien zij deze ter plaatse geleverd willen?

4) Wat kunnen volgens u de voordelen zijn om alle bestellingen te centraliseren bij één en dezelfde apotheker?

5) Kunnen er sancties genomen worden tegen rusthuizen en OCMW's omdat zij via deze weg de vrije keuze van de patiënt niet respecteren?

Antwoord ontvangen op 24 januari 2014 :

1. Ja, ik ben ervan op de hoogte dat in de meeste gevallen de rustoorden een beroep doen op één en dezelfde apotheker wat betreft de aflevering van geneesmiddelen voor hun bewoners. Deze vorm van aflevering aan personen die in gemeenschap leven moet gebeuren conform art. 22 en 23 van het koninklijk besluit van 21 januari 2009 houdende onderrichtingen voor de apothekers.

2. Art. 6 van de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt bepaalt dat de patiënt recht heeft op de vrije keuze van beroepsbeoefenaar en recht op wijziging van deze keuze. Dit artikel maakt geen onderscheid tussen patiënten die al dan niet opgenomen zijn in een rustoord.

De apotheker valt onder de definitie van beroepsbeoefenaar, conform art. 2, 3° van hogervermelde wet van 22 augustus 2002.

3. Rustoorden mogen hun bewoners niet verplichten hun geneesmiddelen te bestellen bij één en dezelfde apotheker die door het rustoord wordt voorgesteld. Indien de bewoner geneesmiddelen ter plaatse wil laten leveren, kan hij een persoonlijke gemachtigde aanduiden.

4. De voordelen om alle bestellingen van geneesmiddelen te centraliseren bij één en dezelfde apotheker kunnen onder andere zijn dat de rustoordbewoner of zijn persoonlijke gemachtigde zich daardoor niet moet verplaatsen naar de apotheek van zijn keuze en dat het organisatorisch voor het rustoord gemakkelijker is om alle geneesmiddelen bij dezelfde apotheker te betrekken in het kader van de farmaceutische zorg voor de rustoordpatiënten..

5. De rustoorden vallen onder het toezicht van de gemeenschappen zodat het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten alleen kan optreden indien artikel 22 en 23 van hogervermeld koninklijk besluit van 21 januari 2009 niet wordt nageleefd.