Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8568

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 21 maart 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Voedingsindustrie - Belgian Pledge - Kinderreclame - Online marketing - Obesitas - Internet

voedingsziekte
reclame
officiële statistiek
levensmiddelenindustrie
internet
kinderbescherming

Chronologie

21/3/2013Verzending vraag
2/9/2013Antwoord

Vraag nr. 5-8568 d.d. 21 maart 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Unie van Belgische Adverteerders UBA, handelsfederatie Comeos en de Federatie van de Voedingsindustrie Fevia stelden op 11 september 2012 de "Belgian Pledge" voor. De minister steunt dit initiatief. Deze belofte is gebaseerd op de EU Pledge. De Belgian Pledge stelt ondermeer op haar website: "Door zich akkoord te verklaren met de "Belgian Pledge" onderschrijven de deelnemende bedrijven de engagementen van de zogenaamde EU Pledge. Deze houden onder meer in dat de deelnemende bedrijven op TV, radio, in de pers en op het internet geen reclame maken voor voeding en dranken die gericht is tot kinderen jonger dan 12 jaar, behalve voor producten die voldoen aan specifieke nutritionele eisen."

Even verder lees ik: "Bovendien was de EU Pledge rond online media aanvankelijk alleen van toepassing op reclame op websites van derden. Vanaf 1 januari 2012 zullen alle deelnemende bedrijven deze engagementen ook toepassen op hun eigen websites. Dankzij dit bredere toepassingsveld, zal in de praktijk de EU Pledge zowat het hele online marketinggebeuren omvatten."

Met de EU Pledge engageren verschillende lidstaten van de Europese Unie zich om deze regels na te leven. Desondanks berichtte de Nederlandse Volkskrant dat niet alle bedrijven de regels nauw naleven. In gedrukte media, televisie en in bioscopen volgen de bedrijven hun eigen regels wel na, terwijl ze dit op het internet veel minder doen. Er worden acties gehouden gericht op kinderen, zelfs jonger dan zeven, die sporttassen, smartphones en andere cadeau's kunnen winnen. Andere voorbeelden zijn verpakkingen voor kinderproducten waar een code opstaat die bijvoorbeeld kan ingegeven worden op de smartphone of op Facebook, zodat het kind alsnog wordt blootgesteld aan reclame. Zulke praktijken lijken mij in strijd te zijn met de eerder gemaakte beloftes.

Graag had ik volgende vragen aan de geachte minister gesteld:

1) Heeft u weet van praktijken in ons land waarmee de voedingsindustrie via internet de kinderreclameregels ontloopt? Welke praktijken komen zoal voor? Wordt hier effectief over gewaakt of wordt dit gemonitord? Indien ja, kan u toelichten? Indien neen, kan u toelichten waarom niet?

2) Worden er cijfers bijgehouden over het aantal inbreuken, onder meer met betrekking tot online marketing? Heeft u cijfermateriaal over het aantal inbreuken, en kan u deze cijfers meedelen? Indien er geen cijfers over worden bijgehouden, kan u toelichten waarom niet?

3) Klopt het beeld ook in ons land dat de voedselindustrie zich aan de regels houdt wat betreft de klassieke media (of ook hier niet?), maar lakser is wat betreft reclame op het internet? Indien ja, wilt u hier iets aan doen en wat dan precies?

4) Is een bedrijf dat op zijn verpakking verwijst naar een website (of bijvoorbeeld Facebook), waar het kind vervolgens met reclame in contact komt, in fout? Kan u uitleggen waarom wel of niet?

5) Bent u bereid deze manier van ontduiking van de kinderreclameregels tegen te gaan? Hoe gaat u dit precies aanpakken? Welke sancties staan er op het breken van deze regels, waartoe ook reclame via het internet behoort?

6) Hoeveel bedrijven hebben The Belgian Pledge inmiddels ondertekend?

7) Deelt u mijn mening dat kinderobesitas een ernstig probleem is en dat we moeten waken over de beloftes die gemaakt zijn in The Belgian Pledge? Hoe ziet u deze verbintenis tussen de industrie, de maatschappij en de regering?

Antwoord ontvangen op 2 september 2013 :

1) De Belgian Pledge die op initiatief van Fevia, Comeos en de Belgische Unie van Adverteerders werd gelanceerd, vormt een aanvulling op de zelfreguleringscode voor reclame voor voedingsmiddelen van 2006 van diezelfde partners. De deelnemende bedrijven onderschrijven het engagement om op TV, radio, in de pers en op het internet geen reclame te maken voor voeding en dranken die gericht is tot kinderen jonger dan 12 jaar, tenzij voor producten die beantwoorden aan specifieke nutritionele eisen.

Ik deel uw bezorgdheid omtrent het belang over een strenge controle van de resultaten van die initiatieven te beschikken. Een efficiënte en onafhankelijke monitoring is van wezenlijk belang om dergelijke initiatieven te valideren.

Mijn diensten zijn zich bewust van mogelijke misbruiken die zich met nieuwe communicatiemiddelen zoals internet, mail, sms, sociale netwerken kunnen voordoen ten aanzien van marketing voor voedingsmiddelen. Het is correct dat wij momenteel niet over een dienst beschikken, bevoegd voor de controle op reclame voor voedingsmiddelen die het mogelijk maakt oneerlijke handelspraktijken op te volgen en aan te klagen.  

2) Momenteel beschikken wij niet over dergelijke cijfergegevens omdat er geen dienst bestaat voor de controle op internetreclame voor voedingsmiddelen.  

3) De Belgische bedrijven die de Belgian Pledge hebben ondertekend, moeten zich aan hun engagement houden, zowel op TV, radio als in de geschreven pers en op het internet. Het is mogelijk dat een bedrijf zich niet aan zijn engagementen houdt, maar  dan stelt het zich bloot aan de reacties van de andere bedrijven en krijgt het een slecht imago. Bovendien kan de Jury voor ethische praktijken inzake reclame een bedrijf veroordelen indien er een gegronde klacht omtrent de inhoud van een bepaalde reclame is ingediend.  

4) Als de site waarnaar de consument verwezen wordt de wetgeving en de Belgian Pledge in acht neemt, is de praktijk niet nadelig en dus toegelaten.  

5) Als sanctie van de Jury voor ethische praktijken inzake reclame wordt in geval van een gegronde klacht de reclame van het betrokken bedrijf verwijderd. Op juridisch vlak zijn de wet op de handelspraktijken en het koninklijk besluit betreffende de reclame voor voedingsmiddelen ook instrumenten om oneerlijke reclame te veroordelen.  

6) De site van de Belgian Pledge telt 35 ondernemingen.  

7) Kinderobesitas houdt mij evenzeer bezig als u. Een betere kwaliteit van de voedingsmarketing is een van de vele facetten om een gunstig klimaat te creëren voor gezonde voedingsgewoonten en een actieve levensstijl. Daarom heeft het team van het Federaal Plan voor Voeding en Gezondheid begin december een platform inzake voedingsmarketing gelanceerd met de betrokken actoren, namelijk de voedingsindustrie, de grootdistributie, de adverteerders, de TV- en radiozenders, de geschreven pers en de vertegenwoordigers van consumentenorganisaties om een charter vast te leggen teneinde de voedingsgewoonten van de bevolking positief te beïnvloeden. Dit ambitieuze werk kadert in de werkzaamheden die Frankrijk heeft aangevat in verband met zijn voedingshandvest. Concreet houdt het Franse handvest volgende bepalingen in :

In ruil voor het behoud van de wet- en regelgevende bepalingen inzake voedingsreclame van kracht op de dag van de ondertekening (geen afschaffing van voedingsreclame tijdens jongerenprogramma’s) hebben de uitgevers, adverteerders, producenten en agentschappen ermee ingestemd om de engagementen van het handvest gedurende vijf jaar te respecteren :

Ania, de Franse tegenhanger van FEVIA heeft de productie en verspreiding van korte programma’s gefinancierd om met jonge sporttalenten gezonde gewoonten te bevorderen, namelijk de serie kortfilms “Trop la pêche”. 

Zonder noodzakelijk hetzelfde te doen als wat onze Franse tegenhangers gedaan hebben, is er zeker stof om na te denken en overleg te plegen met alle gesprekspartners teneinde het marketingklimaat in ons land op gunstige wijze te veranderen om de huidige situatie in onze maatschappij te verbeteren.