Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8505

van Martine Taelman (Open Vld) d.d. 14 maart 2013

aan de minister van Justitie

De collectieve schuldenregeling

schuldenlast
schuld
officiële statistiek
bemiddelaar

Chronologie

14/3/2013Verzending vraag
16/4/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3144

Vraag nr. 5-8505 d.d. 14 maart 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In deze tijden van crisis bereiken ons ettelijke berichten omtrent faillissementen van ondernemingen. Er zijn eveneens erg veel particulieren die het zeer moeilijk hebben op financieel gebied. Deze mensen kunnen gebruik maken van de collectieve schuldenregeling. Het aantal dossiers is sedert de invoering van de procedure enkel gestegen.

Vandaar mijn vraag om uitleg aan de minister:

1) Zijn er cijfers beschikbaar per arrondissement over het aantal nieuwe dossiers in 2011 en 2012?

2) Kan de minister de evolutie op het vlak van de aantallen dossiers collectieve schuldenregeling schetsen sedert de invoering van de procedure tot op heden?

3) Zijn er cijfers beschikbaar over het aantal ingediende aanvragen tot collectieve schuldenregeling die werden afgewezen?

4) Zijn er cijfers beschikbaar over het aantal dossiers waarbij het uiteindelijk doel bereikt wordt, waarbij de burger in kwestie effectief uit de schulden raakt?

Antwoord ontvangen op 16 april 2013 :

De cijfers met betrekking tot de collectieve schuldenregeling worden niet bijgehouden door de Federale Overheidsdienst (FOD) Justitie, maar door de Nationale Bank van België. 

Voor de meest recente cijfers kan ik u dan ook doorverwijzen naar het statistisch verslag 2012 van de Nationale Bank waarin u tevens de nodige gegevens terugvindt betreffende de collectieve schuldenregeling, ondermeer het aantal berichten van toelaatbaarheid per arrondissement (weliswaar enkel voor 2012), de evolutie van het aantal berichten van toelaatbaarheid vanaf 2008, enz. 

Dit verslag vindt u op de website van de Nationale Bank onder de rubriek “Publicaties en onderzoek – Kredieten aan particulieren”.