Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7096

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 27 september 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Bisfenol A - Uitbreiding van het verbod - Redenen - Beperking tot kinderen jonger dan 3 jaar

kindervoeding
verpakkingsproduct
chemisch product
veiligheid van het product
kunststof
giftige stof

Chronologie

27/9/2012Verzending vraag
16/1/2013Antwoord

Vraag nr. 5-7096 d.d. 27 september 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het Belgisch Staatsblad meldde dat er vanaf 1 januari 2013 geen bisfenol A mag aanwezig zijn in voedingsverpakkingen voor kinderen tot 3 jaar. Het betreft hier een uitbreiding van een bestaand verbod voor zuigflessen.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen.

1. Welke onderzoeksresultaten of empirische vaststellingen leidden tot de uitbreiding van dit verbod?

2. Welke specifieke bedreigingen zijn verbonden aan de aanwezigheid van bisfenol A in voedingsverpakkingen?

3. Waarom geldt dit verbod maar tot 3 jaar? Kan de minister waarborgen dat er geen gevaren zijn verbonden aan de aanwezigheid van bisfenol A in verpakkingen voor kinderen vanaf 3 jaar en - bij uitbreiding - alle fysiek kwetsbare groepen zoals senioren, zieken enz.?

4. Zijn er nog andere producten die potentieel gevaarlijk zijn en die momenteel worden onderzocht in het licht van een eventueel verbod?

Antwoord ontvangen op 16 januari 2013 :

1.Eerst en vooral wil ik eraan herinneren dat de tekst die u vermeldt, het eindresultaat is van een parlementair initiatief dat in 2010 werd opgestart door de Senaat.

In gans de Europese Unie, moet elk verbod van een stof die met voedingsmiddelen in contact komt gebaseerd zijn op een beoordeling van de bestaande wetenschappelijke gegevens die zouden wijzen op een risico voor de gezondheid van de consumenten. Wat bisfenol A betreft, is dit risico, op basis van de huidige wetenschappelijke kennis en ondanks tal van studies, niet bewezen voor de globale bevolking, zoals bevestigd in het advies van de Hoge Gezondheidsraad (HGR)van 3 november 2010. Er bestaat enkel onzekerheid wat betreft kinderen van 0 tot 3 jaar, vandaar dat het Parlement maatregelen getroffen heeft voor deze bevolkingscategorie.

2 en 3. Volgens een advies van de HGR van 3 november 2010, houdt bisfenol A geen specifieke bedreigingen in. Het merendeel van de adviezen die werden gepubliceerd door de verschillende overheidsinstanties die betrokken zijn bij de voedselveiligheid wijzen erop dat de blootstelling van de bevolking aan BPA, met inbegrip van jonge kinderen, op basis van de toxicologische studies die werden gevalideerd volgens internationaal erkende criteria, niet verontrustend lijkt voor de gezondheid.

In diezelfde adviezen is men het er nochtans over eens dat er onzekerheid blijft bestaan wat betreft de neurotoxiciteit van deze molecule, zijn toxicokinetiek, zijn effect bij lage doses, zijn effect op het immunologische stelsel, zijn effect op de ontwikkeling en zijn mogelijk triggereffect op borstklierkanker bij een in utero –blootstelling of tijdens de borstvoeding.

Na kennis te hebben genomen van dit advies van de HGR en diens conclusies, heeft het Parlement dus een tekst voorgesteld en goedgekeurd die de blootstelling van jonge kinderen aan deze stof tot het maximum beperkt. In dit opzicht werd de logica gerespecteerd.

4. Momenteel zijn er in de sector van de materialen die bestemd zijn om in aanraking te komen met voedingsmiddelen geen andere stoffen die mogelijk in aanmerking komen voor een verbod. Uiteraard evolueert de wetgeving in deze sector voortdurend, gelet op de evolutie van de bestaande wetenschappelijke informatie.