Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-6759

van Christie Morreale (PS) d.d. 18 juli 2012

aan de minister van Middenstand, KMO's, Zelfstandigen en Landbouw

Gewasbeschermingsmiddelen - Reductieprogramma voor gewasbeschermingsmiddelen en biociden - Belgische markt - Hoeveelheid en toxiciteit van de verkochte middelen - Evolutie van het gebruik van fytosanitaire middelen in de landbouw

verdelgingsmiddel
giftige stof
gevaren voor de gezondheid
officiële statistiek
verontreiniging door de landbouw
fytosanitair product

Chronologie

18/7/2012Verzending vraag
30/8/2012Antwoord

Vraag nr. 5-6759 d.d. 18 juli 2012 : (Vraag gesteld in het Frans)

Er rijzen terecht steeds meer vragen bij het systematische gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. De idee dat beschermingsmiddelen in overeenstemming moeten zijn met duurzame ontwikkeling vindt ingang zowel op Europees niveau, onder andere met de richtlijn 2009/128/EG voor een duurzaam gebruik van pesticiden, als op Belgisch niveau met de lancering, door het koninklijk besluit van 22 februari 2005, van het eerste reductieprogramma voor gewasbeschermings-middelen en biociden.

Dit heeft tot dubbel doel om tegen 2012 de gezondheidsrisico's en de risico's voor het milieu die verband houden met het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en biociden buiten de landbouw met 50% te verminderen en de risico's die verband houden met het gebruik van beschermingsmiddelen in de landbouw met 25% te verminderen. Dit behelst diverse maatregelen voor de landbouwsector: splitsing van de erkenningen, toekenning van fytolicenties, ondersteuning van biocides. Deze maatregelen worden nu volop uitgevoerd.

Graag zou ik bijkomende informatie krijgen over de manier waarop en de hoeveelheid beschermingsmiddelen die op ons grondgebied gebruikt worden:

1) Werden of worden onderzoeken uitgevoerd om indicatoren te ontwikkelen die niet enkel rekening houden met de hoeveelheid verkochte beschermingsmiddelen, maar ook met de toxiciteit van de actieve bestanddelen, zowel voor de mens als voor het milieu?

2) Is er de voorbije jaren in België een dalende of integendeel een stijgende tendens merkbaar in het gebruik van fytosanitaire producten in de landbouw?

Antwoord ontvangen op 30 augustus 2012 :

Mijn antwoord betreft enkel de gewasbeschermingsmiddelen. Indien uw vraag ook betrekking heeft op biociden, dan verzoek ik u zich te wenden tot mijn collega, staatssecretaris de heer Wathelet.

  1. Er is wel degelijk onderzoek gebeurd vanaf het begin van de jaren 2000 om indicatoren te ontwikkelen die rekening houden met de gebruikte hoeveelheden pesticiden en de mate van giftigheid van de werkzame stoffen voor mens en milieu. Dit onderzoek heeft geleid tot de opstelling van een indicator genaamd PRIBEL (Pesticide Risk Indicator for Belgium) die toelaat een inschatting te maken van de evolutie van het risico dat gepaard gaat met het gebruik van pesticiden voor degene die het product toepast, de consumenten van groenten en fruit, de vogels, de bijen, de aardwormen, de waterorganismen en het grondwater. Parallel daarmee werd dit onderzoek gebruikt om de Europees geharmoniseerde indicator HAIR (HArmonised environmental Indicators for pesticide Risk) op te stellen, waarvan het gebruik vanaf 2015 verplicht zal zijn voor alle lidstaten. Te noteren valt dat deze indicator momenteel nog in ontwikkeling is.

    Voor deze twee indicatoren wordt gebruik gemaakt van gedetailleerde gebruiksgegevens van gewasbeschermingsmiddelen op het niveau van het landbouwperceel, waaronder de locatie van de behandeling, de dosis evenals de toepassingsmethode en –voorwaarden van de middelen. Deze gedetailleerde gegevens kunnen worden bekomen via een enquête bij de landbouwers. Bij gebrek aan een enquête kunnen deze gegevens gedeeltelijk worden gegenereerd vanaf de verkoopgegevens op basis van virtuele toepassingsscenario’s.

  2. Op federaal niveau zijn enkel de verkoopstatistieken van de producten beschikbaar, omdat de gebruiksstatistieken onder de bevoegdheid vallen van de Gewesten

    Wij stellen een globale vermindering vast van de verkoop van gewasbeschermingsmiddelen met 25 % tussen 2001 en 2011.