Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-6543

van Dirk Claes (CD&V) d.d. 21 juni 2012

aan de minister van Werk

Totale rookverbod op de werkvloer - Controle - Stand van zaken - Overtredingen - Sancties

tabak
nicotineverslaving
gezondheidsinspectie
strafsanctie
werkplek
gerechtelijke vervolging
officiële statistiek

Chronologie

21/6/2012Verzending vraag
17/2/2014Antwoord

Vraag nr. 5-6543 d.d. 21 juni 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het koninklijk besluit van 19 januari 2005 betreffende de bescherming van de werknemers tegen tabaksrook voorziet sinds 1 januari 2006 in een totaal rookverbod op de werkvloer en in alle sociale voorzieningen.

Het rookverbod geldt in de werkruimtes, met inbegrip van de inkomhal, trappen, gesloten parkeergarages, liften, verbindingsruimtes, werfketen, cabines van vrachtwagens. Het geldt ook voor de sociale voorzieningen: refter, toiletten, rustlokalen, EHBO-lokaal en voor het vervoersmiddel dat de werkgever het personeel ter beschikking stelt voor gemeenschappelijk vervoer van en naar het werk, dus voor bestelwagens, dienstwagens en werfbusjes.

De werkgever kan zorgen voor een voldoende verluchte rookkamer binnen de onderneming, maar is daar niet toe verplicht. De rookkamer dient enkel om te roken en mag niet voor andere doeleinden gebruikt worden.

De werkgever moet er ook voor zorgen dat klanten, leveranciers en bezoekers die zich in de onderneming bevinden, over dat rookverbod geïnformeerd worden. Informatie kan worden gegeven aan de hand van pictogrammen, affiches, brochures, informatie bij het onthaal enzovoort.

Het kan nuttig zijn om het rookverbod in het arbeidsreglement op te nemen, al kan ook een eenvoudige dienstnota of een bordje verboden te roken volstaan.

De wet kan ook voorzien in strafrechtelijke sancties. Al wie de wet of de uitvoeringsbesluiten met de voeten treedt, kan worden gestraft. Dat geldt dus zowel voor de werkgever als voor personen die geen personeelsleden zijn.

Graag antwoord op onderstaande vragen:

1) Hoeveel bedrijven werden er in 2008, 2009, 2010 en 2011 in totaal gecontroleerd door de inspecteurs van het toezicht op het welzijn op het werk van de FOD Werkgelegenheid?

2) Hoeveel processen-verbaal werden uitgeschreven door de inspecteurs tegen bedrijven in 2008, 2009, 2010 en 2011 omdat ze het rookverbod op de werkvloer overtraden?

3) Waren er specifieke ruimtes waar het rookverbod in de periode tussen 2008 en 2011 meer overtreden werd? Zo ja, valt daar een verklaring voor te geven?

4) De wet voorziet tevens in een verbod op roken in het vervoermiddel dat voor gemeenschappelijk vervoer van en naar het werk door de werkgever ter beschikking wordt gesteld. Hoeveel overtredingen werden tegen die regel vastgesteld door de controleurs voor 2008, 2009, 2010 en 2011?

5) In hoeveel van de gecontroleerde bedrijven was in een rookkamer voorzien? In hoeveel van de gevallen waren de voorwaarden voor het installeren van een rookkamer niet nageleefd? Graag cijfers voor de periode 2008-2011.

6) Hoeveel bedrijven hebben het rookverbod opgenomen in hun arbeidsreglement of in een dienstnota? Graag cijfers voor de periode 2008-2011.

7) Hoeveel overtredingen konden worden vastgesteld door een gebrek aan informatie aangaande het rookverbod?

8) Hoeveel overtredingen werden bestraft met een strafrechtelijke sanctie? Graag de cijfers voor de periode 2008-2011. Graag ook een overzicht per jaar van de opgelegde geldboetes.

Antwoord ontvangen op 17 februari 2014 :

1. Het aantal door de inspecteurs van de Algemene directie Toezicht op het Welzijn op het werk uitgevoerde inspecties in de exploitatiezetels voor de jaren 2008-2011 wordt in onderstaande tabel weergegeven.

Aantal inspectiebezoeken:

2008

2009

2010

2011

13.352

14.684

13.904

13.555

2. Het aantal door de inspecteurs van de Algemene directie van het Toezicht op het Welzijn op het werk opgestelde PV aangaande het niet naleven van het rookverbod op de arbeidsplaats voor de jaren 2008-2011 wordt in onderstaande tabel weergegeven.

Aantal PV aangaande het niet naleven van het rookverbod op de arbeidsplaats:

2008

2009

2010

2011

4

1

-

-


3. Het niet-naleven van het rookverbod op de arbeidsplaats werd eveneens vastgesteld in de kantoren, de werkplaatsen alsook in de refters en de ontspanningslokalen.

4. Wat de transportmiddelen voor het collectief vervoer van en naar het werk betreft welke de werkgever ter beschikking stelt van zijn personeel, deze inbreuken op het rookverbod werden niet vastgesteld.

5. Men beschikt niet over cijfergegevens betreffende het aantal gecontroleerde ondernemingen die een rookkamer geïnstalleerd hebben.

6. Men beschikt niet over cijfergegevens betreffende het aantal ondernemingen die het rookverbod op de arbeidsplaats hebben opgenomen in hun arbeidsreglement of dienstnota.

7. De artikelen waarvoor de inbreuken werden vastgesteld en waarvoor PV werd opgesteld voor de vermelde periode van 2008 tot 2011 waren de artikelen 4, 5, 6 en 7 van het koninklijk besluit (KB) van 19 januari 2005 betreffende de bescherming van werknemers tegen tabak.

8. Het juridisch gevolg dat werd gegeven aan de opgestelde PV in de periode 2008-2011 betreffende het niet naleven van het rookverbod op de arbeidsplaatsen is weergegeven in onderstaande tabel.

2008

2009

2010

2011

- zonder gevolg

- zonder juridisch gevolg

-zonder gevolg (faillissement werkgever)

zonder gevolg

-

-

Het K.B. van 19 januari 2005 werd opgeheven en (voor een groot deel) overgenomen in hoofdstuk 4 van de wet van 22 december 2009 betreffende een algemene regeling voor rookvrije gesloten plaatsen en ter bescherming van werknemers tegen tabaksrook. Deze wet is in werking getreden op 1 januari 2010.