Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-6442

van Lieve Maes (N-VA) d.d. 12 juni 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken

Markets in Financial Instruments Directive (MiFID) - MiFID-vragenlijst - Opvraging door de fiscus

belastingadministratie
bankgeheim
toegang tot de informatie
kapitaalbelegging
belasting van natuurlijke personen
overdrachtsbelasting
kredietinstelling
fiscale controle
geografische spreiding
BTW

Chronologie

12/6/2012Verzending vraag
12/6/2012Rappel
20/2/2013Herkwalificatie
2/4/2013Antwoord

Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-3140

Vraag nr. 5-6442 d.d. 12 juni 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uit het antwoord van uw voorganger, Didier Reynders, op een parlementaire vraag in de Kamer (vraag nr. 34, François-Xavier de Donnea, 28 april 2008, in Vr. en Antw., Kamer, 2007-08, 52-015, 2713), blijkt dat de fiscus, in het kader van de invordering, bij de bankinstellingen inzage kan vorderen van de vragenlijst die zij ter uitvoering van de MiFID-richtlijn aan hun cliënten moeten voorleggen . Met andere woorden, de fiscus kan vorderen dat hem inlichtingen worden verstrekt met betrekking tot de omvang van het vermogen van deze cliënten.

Aangezien de MiFID-richtlijn op 1 november 2007 van kracht werd en het fiscaal bankgeheim in de inkomstenbelastingen werd versoepeld, had ik graag het volgende geweten:

1) Hoeveel keer hebben de ambtenaren belast met de invordering van de inkomstenbelastingen en de btw gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de door de cliënt beantwoorde MiFID-vragenlijst op te vragen? Graag opgesplitst per belasting, per jaar (vanaf 2007 tot heden) en per gewest.

2) Kunnen de ontvangers van de successierechten in het kader van een bankonderzoek de door de cliënt beantwoorde MiFID-vragenlijst opvragen? Gebeurt dit systematisch in het kader van een bankonderzoek conform art. 100 W.Succ.? Zo ja, hoeveel keer hebben zij gebruik gemaakt van deze bevoegdheid de afgelopen vijf jaar, opgesplitst per jaar en per gewest?

3) Mogen of moeten de ontvangers van de inkomstenbelastingen en de btw de gegevens met betrekking tot de MiFID-vragenlijst spontaan overmaken aan de collega's van de taxatiediensten?

4) Kunnen, in het kader van de vestiging van de inkomstenbelastingen en de heffing van de btw, de gegevens met betrekking tot de MiFID-vragenlijst door de taxatieambtenaren worden opgevraagd bij de bevoegde ontvangers inzake inkomstenbelastingen, btw en successierechten?

Antwoord ontvangen op 2 april 2013 :

1. Onderzoeken bij banken worden enerzijds uitgevoerd in het kader van de invordering van directe belastingen of BTW (dit bij toepassing van respectievelijk artikel 319bis, WIB 92 en artikel 63bis, WBT) en anderzijds in het kader van de behandeling van een verzoek tot onbeperkt uitstel van de invordering (dit bij toepassing van respectievelijk artikel 413quater, WIB 92 en artikel 84septies, WBTW).

Op grond van bovenvermelde wettelijke bepalingen volgt inderdaad dat de met de invordering belaste ambtenaar de door een cliënt ingevulde MiFiD vragenlijst zou kunnen opvragen bij een bankinstelling. Tot nog toe werd er geen statistiek bijgehouden van dergelijke verzoeken.

2. Overeenkomstig artikel 100 van het wetboek der successierechten, kan de Eerstaanwezend inspecteur van een inspectie der registratie en domeinen, mits voorlegging van een machtiging ondertekend door de Administrateur-generaal van de Patrimoniumdocumentatie, in het kader van een bankonderzoek alle inlichtingen opvragen die hij of zij nuttig acht om de juiste heffing der successierechten te verzekeren.

De door de overledene beantwoorde MiFid-vragenlijst kan bijgevolg eventueel worden opgevraagd, doch dit gebeurt slechts sporadisch. Er zijn geen cijfers beschikbaar.

3. en 4. Bij toepassing van artikel 335, WIB 92 en artikel 93quaterdecies, §3, WBTW dienen alle administraties die ressorteren onder de Federale Overheidsdienst Financiën (FOD) alle in hun bezit zijnde toereikende, ter zake dienende en niet overmatige inlichtingen ter beschikking te stellen aan alle ambtenaren van deze Overheidsdienst, voor zover die ambtenaren regelmatig belast zijn met de vestiging of de invordering van de belastingen, en voor zover die gegevens bijdragen tot de vervulling van de opdracht van die ambtenaren tot de vestiging of de invordering van eender welke door de Staat geheven belasting.

Merk ook op dat de taxatieambtenaar die inlichtingen vraagt in het kader van de vestiging of invordering van een bepaalde belasting er op dient toe te zien dat hij handelt binnen de onderzoeksbevoegdheden van de voor deze belasting toepasselijke specifieke wetgeving.