|
|
Het "Two Pack"
begrotingscontrole
begrotingstekort
heractivering van de economie
monetaire crisis
| 15/5/2012 | Verzending vraag |
| 3/1/2013 | Dossier gesloten |
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2085
Op 21 februari 2012 bereikte de Raad Economische en Financiële zaken (ECOFIN) een akkoord over het “Two Pack”, betreffende de versterking van het budgettaire toezicht op de lidstaten. Op basis van dit akkoord zal de Raad de onderhandelingen opstarten met het Europees Parlement met het oog op een akkoord in één lezing. De Denen willen immers nog een overeenkomst tussen de Raad en het Parlement tijdens het Deense EU-voorzitterschap.
Het “Two Pack” verwijst naar de twee, door de Europese Commissie op 23 november 2011 ingediende, voorstellen in navolging van “het Six Pack”. De versterking van het budgettaire kader moet het mogelijk maken tijdig in te grijpen als Eurolanden ernstige financiële moeilijkheden ondervinden. Inhoudelijk is het “Two Pack” nauw verbonden aan het begrotingspact.
De verordening tot versterking van het toezicht op het begrotingsbeleid schrijft voor dat de lidstaten van de Eurozone hun ontwerpbegroting elk jaar tegen 15 oktober indienen en geeft de Commissie het recht om ze te beoordelen en er zo nodig advies over uit te brengen. De verordening betreffende de versterking van het economische en budgettaire toezicht op Eurozonelidstaten die ernstige financiële moeilijkheden ondervinden (of dreigen te ondervinden) voorziet in een verscherpt toezicht op lidstaten die onder een programma van financiële bijstand werken of een ernstig risico op financiële instabiliteit lopen. Mogelijk wordt een lidstaat zelfs onder curatele geplaatst.
Het is al wel bekend dat de lidstaten verschillende bezwaren en bedenkingen hebben bij het “Two Pack”. Sommige stellen dat niet alle informatie over de begrotingstoestand en economische situatie publiek gemaakt kan worden, omdat zulks de zenuwachtigheid op de financiële markten zou kunnen verhogen. Zweden en Finland willen een vrijstelling voor landen die geen tekorten hebben, terwijl Duitsland en Nederland ook voor die landen voldoende stimuli wil inbouwen. Tot slot zijn er lidstaten die de voorgestelde timing voor de toelevering van informatie en begrotingen niet realistisch achten.
Om deze redenen had ik van de minister graag een antwoord gekregen op de volgende vragen:
1) Wat is het standpunt van regering betreffende het mogelijk publiek maken van informatie?
2) Wat is het standpunt van de regering betreffende de vrijstelling voor landen die geen tekort hebben?
3) Is de voorgestelde timing voor de toelevering van de gevraagde informatie en de begroting voor België haalbaar?