Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-6128

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 24 april 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken

Zijn bezoek aan Centraal Afrika in maart

Democratische Republiek Congo
ontwikkelingshulp
officieel bezoek
Rwanda
Burundi

Chronologie

24/4/2012Verzending vraag
18/6/2012Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2004

Vraag nr. 5-6128 d.d. 24 april 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Volgens de krant Het Laatste Nieuws plant de minister in maart een bezoek aan achtereenvolgens Congo, Rwanda en Burundi. Buiten dat kleine persbericht vind ik nergens bevestiging of meer informatie.

Een bezoek van de Belgische Minister van Buitenlandse Zaken aan Congo verloopt zelden zonder controverses. Bij het vorige bezoek ontstond er grote commotie omdat de toenmalige minister het aangedurfd had een glas wijn te heffen met president Kabila. Sommige waarnemers, vooral ook in Congo, interpreteerden de heildronk als een gebaar van goedkeuring. De minister weet dus best dat elk woord, elk contact en elk gebaar nauwgezet gevolgd en uitvergroot zal worden. Zeker nu, op dit heikele moment net na de controversiële herverkiezing van president Kabila. Men kan zich in deze context afvragen of een officieel bezoek aan Congo op dit moment wel zo wijs is.

Kan de minister het bericht bevestigen dat hij een bezoek zal brengen aan achtereenvolgens Congo, Rwanda en Burundi? Zo ja, hoe ziet het gedetailleerde reisplan eruit? Wat is het doel ervan en wie bepaalde de agenda? Welke boodschappen zal de minister daar verkondigen? Wie zal hij daar allemaal ontmoeten? Staat er een onderhoud met President Kabila op het programma? Zal de minister ook de gelegenheid nemen om de leiders van de oppositie te spreken? Komen de resultaten en het verloop van de verkiezingen van november jongstleden formeel aan bod? Is de minister niet bezorgd dat een officieel staatsbezoek zal worden geïnterpreteerd als een aanvaarding en erkenning van de verkiezingsuitslag en van het huidige regime? Hoe luidt het Belgische standpunt in deze? Erkent ons land Kabila als de rechtmatige President van de Republiek Congo?

Antwoord ontvangen op 18 juni 2012 :

Twee elementen hebben mij gemotiveerd om Congo te bezoeken.

Eerst en vooral is Congo onze eerste partner inzake ontwikkelingssamenwerking en verleent België jaarlijks meer dan 120 miljoen ontwikkelingssteun aan het land. Verder is een goed gesprek met alle betrokken partners van belang voor een positieve evolutie op politiek vlak in Congo.

Zonder in details te treden, kan ik nog eens uitleggen dat ik veel contacten heb gelegd, onder andere met president Kabila, met mijn Congolese collega’s van Buitenlandse Betrekkingen en van Financiën, maar ook met de verschillende politieke partijen van de presidentiële meerderheid en die van de oppositie, onder wie de verkozenen van de UDPS, de MLC, de UNC en andere. Ik heb ook het middenveld en de Congolese Niet gouvernementele organisaties (Ngo’s) ontmoet, maar ook internationale organisaties zoals het Cartercenter, VN-vertegenwoordigers voor de mensenrechten, vertegenwoordigers van de Europese Unie en van de Monusco en via onze ambassade ook met meer dan tweehonderd Belgen, onder wie bedrijfsleiders en vertegenwoordigers van de ontwikkelingssamenwerking.

Dit bezoek was niet bedoeld om de macht van eender wie te legitimeren, maar wel om de hervatting aan te moedigen van de democratische dialoog tussen alle politieke krachten en om met de actoren van de meerderheid en de oppositie ideeën uit te wisselen teneinde een beter verder verloop van het electorale proces te verzekeren.

Om deze doelstellingen te verwezenlijken, moeten we met de instellingen die er nu zijn samenwerken zonder daarom van onze principes af te wijken. Mijn bezoek aan de Democratische Republiek Congo (DRC) moet in die geest worden gezien.

Ik heb mijn verschillende gesprekspartners onder de aandacht gebracht dat de problemen en onregelmatigheden die zich tijdens de jongste verkiezingen hebben voorgedaan, de geloofwaardigheid van de DRC en van haar instellingen hebben aangetast. Dit is ook de reden waarom ik onder meer heb opgeroepen tot een hervorming van de CENI, die nauwer zou moeten samenwerken met het maatschappelijk middenveld. Daarnaast heb ik ervoor gepleit de waarnemers ook na de dag van de verkiezingen te laten blijven (tot en met het verzamelen van de verkiezingsresultaten) en de provinciale verkiezingen binnen een redelijke termijn te organiseren.

Mijn boodschap had niet alleen betrekking op de verkiezingen en de politieke dialoog, maar ook op de mensenrechten. Ik heb gepleit voor een betere bescherming van de mensenrechtenactivisten en een snelle behandeling van de beroepsprocedure in de zaak Chebeya, onder de best mogelijke omstandigheden. Ik heb eveneens herinnerd aan de strijd tegen de straffeloosheid en de samenwerking met de CPI.

Verder heb ik ook de aandacht gevraagd voor goed economisch bestuur en de noodzaak onderstreept van een snelle nederlegging van de instrumenten ter bekrachtiging van het OHADA-verdrag, van de bekrachtiging van de bilaterale overeenkomst inzake de bescherming van investeringen en van de herziening van de landbouwwet, met name artikel 16.

Er is ook een positieve beslissing voor ons land: we zullen een nieuwe kanselarij hebben in Kinshasa.

Tot slot heb ik mijn steun betuigd aan de eisen van de UNESCO inzake het behoud van het Virungapark.