Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2742

van Elke Sleurs (N-VA) d.d. 14 juli 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

Zwangerschap, bevalling en neonaten - Intra- en extramurale zorg - Kosten

moederschap
ziekenhuisopname
officiële statistiek
geografische spreiding

Chronologie

14/7/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4249

Vraag nr. 5-2742 d.d. 14 juli 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In mijn schriftelijke vraag nr. 5-2120 vroeg ik de minister naar de verblijfsperiode in het ziekenhuis na bevallingen en de nazorg buiten het ziekenhuis. Zij antwoordde dat het directoraat-generaal Organisatie Gezondheidszorgvoorzieningen niet in staat was om de vragen te beantwoorden. Nochtans gaat het om cijfers die beschikbaar zijn. Specifiek voor de informatie over de ziekenhuizen denk ik aan de MKG-MFG data van de Nationale Databank Medische Diagnose. Verder verschaft de registratie van de terugbetaalde medische handelingen (artikel 9 van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen) belangrijke inzichten inzake de intra- en extramurale zorg.

Laat ons niet vergeten dat meer gedetailleerde cijfers relevant zijn. Verzorging in het kader van een zwangerschap, de bevalling en de neonaten was in 2007 goed voor 6,2 % van het totale budget van de gezondheidszorg.

Om die reden stel ik mijn vraag opnieuw, met de verduidelijking van nomenclatuurnummers.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Hoeveel intramurale bevallingen werden, in de laatste twee jaar waarvoor cijfers beschikbaar zijn, uitgevoerd door respectievelijk een vroedvrouw, een gynaecoloog of een huisarts?

Voor de vroedvrouwen betreft het hier nomenclatuurnummers 422225 (toezicht op en de uitvoering van de verlossing door een vroedvrouw op een werkdag) en 423500 (toezicht op en de uitvoering van de verlossing door een vroedvrouw in het weekend of op een feestdag). Voor de huisartsen nomenclatuurnummer 423021 (normale of ingewikkelde verlossing, inclusief het honorarium van de eventuele anesthesie, met uitsluiting van de anesthesieën door de geneesheren, specialisten voor anesthesie).

Voor de geneesheer-specialisten gaat het hier om nomenclatuurnummer 424023 (normale of ingewikkelde verlossing inclusief het honorarium voor de eventuele anesthesie, met uitsluiting van de anesthesieën door de geneesheren, specialisten voor anesthesie), nomenclatuurnummer 424082 (verlossing die embryotomie vergt), nomenclatuurnummer 424104 (verlossing door keizersnede) en nomenclatuurnummer 424023 (normale of ingewikkelde verlossing inclusief het honorarium voor de eventuele anesthesie, met uitsluiting van de anesthesieën door de geneesheren, specialisten voor anesthesie).

Graag had ik de cijfers gekregen opgesplitst per jaar, per gewest en per instellingstype (algemeen ziekenhuis, algemeen ziekenhuis met universitair karakter, universitair ziekenhuis en eventueel gespecialiseerde zorg).

2) Hoe vaak was de ligtijd in het ziekenhuis na een bevalling voor de afgelopen twee jaar waarvoor cijfers beschikbaar zijn langer dan vijf dagen? Graag had ik de cijfers gekregen voor vaginale bevallingen (APR-DRG=560),voor vaginale bevallingen met ingrepen, behalve sterilisatie en / of dilatatie en curettage (APR-DRG=542), voor vaginale bevallingen met sterilisatie en/of dilatatie en curettage (APR-DRG=541) en voor bevallingen na een keizersnede (APR-DRG=540).

Graag had ik de cijfers gekregen opgesplitst per graad van ernst (mineure graad van ernst, matige graad van ernst, majeure graad van ernst en extreme graad van ernst), per jaar, per gewest, en per instellingstype (algemeen ziekenhuis, algemeen ziekenhuis met universitair karakter, universitair ziekenhuis en eventueel gespecialiseerde zorg).

3) Welke waren, voor de laatste twee jaar waarvoor cijfers beschikbaar zijn, de vijf ziekenhuizen met de langste gemiddelde aantal ligdagen?

Graag had ik de cijfers verkregen voor vaginale bevallingen (APR-DRG=560),voor vaginale bevallingen met ingrepen, behalve sterilisatie en / of dilatatie en curettage (APR-DRG=542), voor vaginale bevalling met sterilisatie en/of dilatatie en curettage (APR-DRG=541) en voor bevallingen na een keizersnede (APR-DRG=540). Graag had ik de cijfers gekregen opgesplitst per graad van ernst, per gewest en per instellingstype van deze ziekenhuizen.

4) Wat was, voor de laatste twee jaar waarvoor cijfers beschikbaar zijn, de totale kostprijs van de initiële extramurale postnatale zorg door vroedvrouwen?

Graag had ik de cijfers gekregen opgesplitst per jaar, per gewest en in volgende vier categorieën. Ten eerste op de eerste, tweede of derde dag volgend op de dag van de verlossing (nomenclatuurnummers 422774 en 423776). Ten tweede op de vierde dag na de bevalling (nomenclatuurnummers 422914 en 422936). Ten derde op de vijfde dag na de bevalling (nomenclatuurnummer 422951) en ten vierde vanaf de zesde dag na de bevalling (422435). Graag had ik de cijfers gekregen opgesplitst per jaar en per gewest.

5) Wat was de kost, voor de laatste twee jaar waarvoor cijfers beschikbaar zijn, van de verdere opvolging na de zesde dag van het postpartum? Graag had ik de cijfers gekregen opgesplitst per jaar, per gewest en in de volgende vier categorieën.

Ten eerste: de eerste raadpleging rond borstvoeding tijdens de week (nomenclatuurnummer 422811) of in het weekend of op een feestdag (nomenclatuurnummer 422833). Ten tweede: de opvolgingsraadpleging rond borstvoeding (nomenclatuurnummer 422855). Ten derde verder postnataal toezicht (nomenclatuurnummer 422450). Ten vierde postnataal toezicht en verzorging bij verwikkelingen (nomenclatuurnummer 422472). Graag had ik de cijfers gekregen opgesplitst per jaar en per gewest.

6) Wat was, voor de laatste twee jaar waarvoor cijfers beschikbaar zijn, de totale kostprijs van de intramurale postnatale zorg wanneer er geen verwikkelingen waren? De cijfers kunnen worden afgeleid uit de Nationale Databank Medische diagnose.