Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-1545

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 25 februari 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Belgische banken - Tegoeden van het Staatshoofd van Libië - Inbeslagname - Steun aan de democratische krachten

bankdeposito
Libië
beslag op bezittingen

Chronologie

25/2/2011Verzending vraag
4/5/2011Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1546
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1547

Vraag nr. 5-1545 d.d. 25 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De indrukwekkende ontwikkeling van de revoluties in verschillende Arabische landen en het verdrijven van twee dictators brachten aan het licht hoe deze autocratische regimes ook zichzelf verrijkten. De autoritaire leiders en hun directe omgevingen bestolen hun landen op systematische wijze en beroofden hun bevolkingen van kansen op welvaart en welzijn. Deze rijkdommen verdwijnen niet bij het soms bruuske eindpunt van hun dictatoriale periode. Hun soms decennialang opgespaarde buit zit vernuftig opgeborgen in tal van Westerse financiële instellingen, onroerende eigendommen, aandelen, ... Westerse systemen profiteerden mee van de opbrengsten van hun leegroofstrategie. Een ronduit misdadige collaboratie.

Ons land moet solidair zijn met volkenen die zich bevrijden van dictaturen. Deze sympathie en steun mogen zich niet beperken tot lippendienst. Op dit moment passen vooral duidelijke signalen van daadwerkelijk bijstand, geen mooi verpakte hypocrisie. Te lang betoonde het Westen zich vooral de stille bondgenoot van deze regimes, om de geopolitieke impact, de grondstoffen en andere economisch maar zeker niet sociaal geïnspireerde voordelen. Het is nu de hoogste tijd, meer dan ooit, om deze wat lafhartige strategieën in te ruilen voor een tastbare bijstand.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Beschikt onze regering over informatie van tegoeden, bankrekeningen, eigendommen, ..., van het Libische Staatshoofd en zijn familie die zich in ons land bevinden? Werd hieromtrent al onderzoek uitgevoerd? Zo ja, hoe, wanneer en met welke gevolgen? Zo niet, wanneer zal de regering hiertoe opdrachten geven? Beschikt de regering over instrumenten om de tegoeden op de banken en eigendommen in beslag te nemen? Zo ja, welke? Zo niet, hoe plant de regering toch een slagkrachtig optreden?

2) Starten de diensten van Justitie een onderzoek naar de gruwelpraktijken die hebben plaatsgevonden onder deze autocratie tijdens de voorbije jaren?

3) Op welke wijze ondersteunt onze regering daadwerkelijk de strijd tegen het autocratische regime in Libië? Hoe profileert België zich als krachtige bondgenoot van de democratische krachten in dit land?

Antwoord ontvangen op 4 mei 2011 :

Vooraleer een antwoord te geven op de door het geachte lid gestelde vraag 1, zou ik erop willen wijzen dat er in het kader van de Verenigde Naties en/of de Europese Unie enkel sprake is van een bevriezing van tegoeden, bankrekeningen, enz en niet van een inbeslagname ervan. Er moet dus een onderscheid gemaakt worden tussen de inbeslagname die enkel kan uitgevoerd worden op basis van een judiciële beslissing en een bevriezing van tegoeden.

De bevriezing van tegoeden zoals bepaald door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of in het kader van de Europese maatregelen bestaat uit een administratieve maatregel. Deze omvat alle acties die tot doel stellen dat elke verplaatsing, transfert, wijziging, gebruik of manipulatie van fondsen die een verandering van hun volume, hun bedrag, hun localisatie, hun eigendom, hun bezit, hun geaardheid, hun bestemming tot gevolg zouden hebben, verhinderd worden of elke andere wijziging die hun gebruik ervan mogelijk zou maken, ondermeer het beheer van portfolios.

De verordening Europese Unie EU nr 204/2011 van de Raad van 2 maart 2011 betreffende beperkende maatregelen in verband met de situatie in Libië werden gepubliceerd op 3 maart 2011 en is dezelfde dag in werking getreden. Deze verordening werd op 10 maart 2011 aangevuld door de uitvoeringsverordening EU nr 233/2011 houdende uitvoering van artikel 16, paragraaf 2 van de EU verordening nr 204/2011. Deze verordeningen beogen niet alleen het bevriezen van de tegoeden van Meneer Khadafi en zijn verwanten maar ook van andere entiteiten. Al de elementen van deze verordeningen zijn verplicht en onmiddellijk van toepassing in elke Lidstaat.

Anderzijds werden de tegoeden van mijnheer Khadafi evenals van zijn naaste familieleden en van de personen die gekend zijn omwille van hun nauwe betrokkenheid reeds onderworpen aan een verhoogde waakzaamheid in België.

De FAG (Financiële Actiegroep) heeft inderdaad maatregelen getroffen om de waakzaamheid te verhogen ten opzichte van de politiek prominente personen (PPP’s), of natuurlijke personen die een belangrijke publieke functie bekleden of bekleed hebben en hun familieleden.

De Europese Unie heeft deze maatregelen overgenomen in haar Richtlijn 2005/60/EG van 26 oktober 2005 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en de Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie van 1 augustus 2006 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de definitie van politiek prominente personen en wat betreft de technische criteria voor vereenvoudigde klantenonderzoeksprocedures.

Artikel 12 paragraaf 3 van de wet van 11 januari 1993 betreffende het voorkomen van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme zet deze richtlijnen om en voert deze verhoogde waakzaamheid uit jegens de PPP’s. Artikel 12 paragraaf 3 geeft de welbepaalde maatregelen aan die genomen moeten worden ten aanzien van PPP’s.

Elke verdenking van strafbare transactie op de rekeningen van deze personen brengt onmiddellijk een aangifte aan de Cel voor de behandeling van financiële informatie met zich mee. Indien na onderzoek van deze informatie blijkt dat er ernstige aanwijzingen zijn voor het witwassen van geld, wordt deze informatie overgemaakt aan de procureur des Konings of aan de federale procureur.

Samengevat, niet alleen de tegoeden van mijnheer Khadafi en van zijn naaste familieleden zijn onderworpen aan het toezicht van de Cel voor de behandeling van financiële informatie maar bovendien worden ze onderworpen aan de bevriezing van de tegoeden aanbevolen door de Europese verordening.

Elke inbreuk tegen de Europese verordening is strafbaar in navolging van artikel 6 van de wet van 13 mei 2003 betreffende de uitvoering van de beperkende maatregelen ten aanzien van Staten, bepaalde personen en entiteiten die aangenomen werden door de Raad van de Europese Unie

Van zodra de Europese verordening gepubliceerd wordt, worden alle financiële instellingen ervan op de hoogte gebracht via een rondschrijven van de Federatie van de Belgische financiële sector (FEBELFIN) opdat elke instelling opzoekingen zou verrichten waarvan de, zelfs negatieve, resultaten, overgemaakt worden aan de Algemene Administratie van de Thesaurie. Deze procedure is momenteel aan de gang.