Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-11370

van Patrick De Groote (N-VA) d.d. 4 april 2014

aan de minister van Financiën, belast met Ambtenarenzaken

de registratiekantoren van authentieke akten en de hypotheekkantoren

registratierecht
hypotheek
belastingadministratie

Chronologie

4/4/2014Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-4690
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-11369

Vraag nr. 5-11370 d.d. 4 april 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Eerder stelde ik op donderdag 16 januari 2014 in de plenaire zitting van de Senaat een vraag over de opportuniteit om hypotheekkantoor Brugge 2 over te planten naar Oostende.

De opportuniteitsreden "niettegenstaande de implementatie van nieuwe toepassingen" wordt door de minister omschreven "zodat hun werkmethodes beter op elkaar kunnen worden afgestemd, bijvoorbeeld voor het bijwerken van de documentatie." Nochtans blijft het bijwerken van de documentatie in het organogram ook een loutere bevoegdheid van de hypotheekbewaring en niet van het registratiekantoor.

Het antwoord van de minister van Financiën was echter geenszins bevredigend voor de volgende redenen.

- Op geen enkele wijze werd de meerwaarde van dit samenvoegingsproject van registratie en hypotheekkantoren tot één antenne verduidelijkt;

- Op geen enkele wijze werd de noodzaak door het werken met applicatie DER (Document Electroniquement Reconnaissable) van een fysieke samenvoeging voor de afstemming van merkmethoden van het hypotheekkantoor enerzijds en registratiekantoren anderzijds verduidelijkt;

- Op geen enkele wijze wordt de bevoegdheidsoverheveling van de registratiekantoren die de heffing van het registratierecht en de heffing van het successierecht op aangiften van het nalatenschap naar de Gewesten in rekenschap genomen;

- Op geen enkel wijze werd er door de Minister afdoend geantwoord op het probleem dat er door de splitsing het hypotheekkantoor Brugge 1 en hypotheekkantoor Brugge 2 zal ontstaan aangezien beide hypotheekkantoren gebruik maken van hetzelfde documentatiemateriaal. Volgens de ambtenarij zou het bedoeling zijn om in de nabije toekomst de repertoria in te scannen, maar dit zijn nog niet de handgeschreven akten.

Vandaar mijn vragen:

1) Op basis van welke bevindingen is er tot een fusie van het hypotheekkantoor en het Registratiekantoor besloten? Wie heeft deze managementstudie of -audit opgemaakt? Was dit een interne dienst en een extern bureau? Is dit rapport beschikbaar voor het parlement?

2) Heeft deze studie rekening gehouden met de integratie van de huidige documentenstroom met de toekomstige documentenstroom?

3) Hoe lang zal het inscannen van de repertoria in beslag nemen? Zal dit nog kunnen gebeuren voor het moment van de verhuis? Hoe zal men het probleem met de andere documenten oplossen? Worden er pendelbussen ingezet om de documenten beurtelings naar hypotheekkantoor 1 en hypotheekkantoor 2 te vervoeren naar gelang de noodzaak van de opzoekingen?

4) Hoe komt dat de minister geen kostprijsberekening kan geven van de operatie van de splitsing van de hypotheekkantoren en de fusie met het registratiekantoor? Zat dit niet in de managementstudie of -audit begrepen?