Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-11139

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 18 februari 2014

aan de minister van Werk

de prioriteit van de bestrijding van discriminatie bij de arbeidsinspectie

bestrijding van discriminatie
arbeidsinspectie
racisme

Chronologie

18/2/2014Verzending vraag
22/4/2014Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-4732

Vraag nr. 5-11139 d.d. 18 februari 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Recent stelde het Minderhedenforum zijn 25 beleidsprioriteiten voor de regionale en federale verkiezingen voor. Daarin staat als eerste topic "nultolerantie tegen racisme en discriminatie". Dit mag verbazen, want al vele jaren beschikken we over wettelijke instrumenten om racisme en discriminatie te bestrijden. Tegelijkertijd verbaast dit niet, want uit zowat alle onderzoeken ter zake blijkt dat deze laakbare attitudes en houdingen hardnekkig aanwezig blijven. Blijkbaar zijn onze systemen niet bij machte om slagkrachtig het racisme en de discriminatie bij aanwervingen en op de werkvloer te bestrijden.

Het memorandum van het Minderhedenforum verwijst specifiek naar de volgende gewenste beleidsaanpak:

"Informatiecampagnes die slachtoffers van discriminatie informeren over hun rechten en hen vooral stimuleren om klacht neer te leggen… want dat gebeurt veel te weinig, onder meer uit angst voor de gevolgen;

"Een proactieve aanpak van alle inspectiediensten, die daarvoor speciale bevoegdheden en vaststellingsinstrumenten moeten krijgen. Deze zijn vooralsnog te beperkt aanwezig;

"Een veralgemeend gebruik van het meldings- en registratiesysteem METIS, gemaakt door het Interfederaal Centrum voor gelijke kansen en bestrijding van racisme en discriminatie.

Die aanbevelingen zullen volgens het Minderhedenforum sterk bijdragen tot een meer adequate bestrijding van racisme en discriminatie.

Deelt de minister de analyse van het Vlaams Minderhedenforum, zoals verwoord in het recente memorandum, waarbij nog steeds een sterke prioriteit wordt gevraagd voor de bestrijding van racisme en discriminatie in de vele sectoren van arbeid en werkgelegenheid? In welke mate en met welke maatregelen kan de minister tegemoetkomen aan de adviezen van het Minderhedenforum? Is de minister bereid om extra in te zetten op informatiecampagnes die de slachtoffers van discriminatie informeren over hun rechten en hen vooral stimuleren om klachten neer te leggen? Zo ja, hoe en wanneer? Wil de minister ingaan op het advies voor een proactieve aanpak door alle inspectiediensten en zal de minister die diensten daarvoor met extra bevoegdheden en vaststellingsinstrumenten uitrusten? In welke mate werken de inspectiediensten binnen de bevoegdheden van de minister reeds met het meldings- en registratiesysteem METIS en is op dit vlak nog een verbetering mogelijk?

Antwoord ontvangen op 22 april 2014 :

Binnen de Federale Overheidsdienst (FOD) WASO werd een diversiteitsverantwoordelijke aangesteld in de Stafdienst Personeel en Organisatie. Daarnaast behandelt de Inspectiedienst Toezicht op de sociale wetten de klachten betreffende discriminatie die ze rechtstreeks ontvangt of via andere kanalen waaronder voornamelijk de meldpunten discriminatie van de Vlaamse gemeenschap, het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen en het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding.

De voorbije twee jaar stelde de inspectiedienst Toezicht op de sociale wetten, op basis van klachten of meldingen jaarlijks dertig onderzoeken in naar discriminatie. In de helft ervan leverden die vermoedens van discriminatie op, doch meestal geen echte bewijzen van discriminatie op de werkvloer.

Een duidelijke verschuiving werd wel vastgesteld naar indirecte en subtiele discriminatie die het opsporen ervan bemoeilijkt. De inspectiedienst Toezicht op de sociale wetten legt de meeste van haar vaststellingen voor advies voor aan het centrum voor racismebestrijding en antidiscriminatie. Beide diensten hebben immers terzake een samenwerkingsovereenkomst gesloten. Op basis van de bevindingen van de inspectie kan het centrum een burgerlijke procedure starten voor het slachtoffer of een bemiddelings- en sensibiliseringsactie opzetten naar de werkgever toe.

De beleidsvoorstellen van het Vlaamse Minderhedencentrum worden onderzocht en zullen in de mate van het mogelijke toegepast worden. Ik wens dit initiatief zeker aan te moedigen.

Deze overheidsdiensten hebben van informaticacampagnes overigens een deel van hun core business gemaakt en stellen reeds heel wat informatie ter beschikking van het publiek. Ook de regionale en lokale besturen dragen hiertoe bij.

Ik ben ervan overtuigd dat deze Informatiecampagnes zeer nuttig zijn, zoals ook gebleken is uit de vele inspanningen die mijn diensten hebben gedaan om het publiek te sensibiliseren voor de problematiek van het pestgedrag op het werk. Dergelijke diepgewortelde attitudes of vooroordelen wijzigen in hoofde van mensen vraagt tijd.

Om het de inspectiedienst mogelijk te maken het bewijs te leveren van de directe of indirecte discriminatie in het bijzonder bij de aanwervingen wordt nagegaan of het mogelijk is een bijzondere opsporingstechniek in te voeren, zijnde het invoeren van een praktijktest. Zolang deze techniek niet mogelijk is voor sociaal inspecteurs, zal de bewijsvoering zeer moeilijk blijven.

De Inspectie Toezicht op de sociale wetten van mijn departement heeft nog geen toegang tot het Metis systeem, maar deze wordt voorzien van zodra de evaluatie van de werking ervan met de gewestelijke overheden achter de rug is en de eventuele bijsturingen gebeurden.