Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10831

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 10 januari 2014

aan de minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden

Stakingsdagen - Private sector - Openbare sector - Overheidsbedrijven - Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen - Wilde staking

staking
overheidsapparaat
overheidsbedrijf
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
geografische spreiding
officiële statistiek
regionale verschillen

Chronologie

10/1/2014Verzending vraag
14/3/2014Rappel
18/3/2014Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10830
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10832

Vraag nr. 5-10831 d.d. 10 januari 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Naar aanleiding van het antwoord van de minister op vragen die ik stelde in het verleden, stel ik graag een aantal opvolgvragen voor 2012 en 2013.

1) Hoeveel bedroeg het aantal stakingsdagen (inclusief korte werkonderbrekingen!) jaarlijks in 2012 en 2013 in het Vlaamse, respectievelijk Waalse en Brussels Hoofdstedelijk Gewest: (a) In de private sector? (b) In de openbare sector? (c) In de overheidsbedrijven, exclusief de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS)? (d) bij de NMBS?

2) In hoeveel bedrijven of openbare diensten vonden er stakingen of korte werkonderbrekingen plaats in 2012 en 2013 in het Vlaamse respectievelijk Waalse en Brussels Hoofdstedelijk Gewest: (a) In de private sector? (b) In de openbare sector? (c) In de overheidsbedrijven, exclusief de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS)? (d) bij de NMBS? Kan de minister de cijfers opdelen per jaar?

3) Hoeveel van deze stakingen en werkonderbrekingen waren onaangekondigde, "wilde" stakingen? Kan de minister deze cijfers per jaar opdelen voor 2012 en 2013?

4) Klopt de stelling dat het aantal stakingsdagen (inclusief korte werkonderbrekingen!) sommige jaren in Vlaanderen hoger lag dan in Wallonië?

(a) Geldt deze stelling zowel voor het aantal aangekondigde als wilde stakingen en werkonderbrekingen?

(b) Zo ja, wanneer precies, volgens welke parameters?

(c) Welke zijn daarvan de voornaamste oorzaken?

5) (a) Hoeveel stakingen en werkonderbrekingen bij de NMBS vonden jaarlijks plaats in 2012 en 2013 in de provincie Henegouwen, respectievelijk de provincie Luik, respectievelijk de provincie Antwerpen en Brussel?

(b) Hoeveel van deze stakingen en werkonderbrekingen waren wilde stakingen?

6) Stelt de minister bepaalde evoluties voor met betrekking tot dit onderwerp? Zo ja, de welke?

Antwoord ontvangen op 18 maart 2014 :

Wat de spoorwegen bedrijven betreft:

1. en 2. Wat de NMBS betreft vonden er in 2012 17 stakingsacties plaats waarvan één in Wallonië, één in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, twee in Vlaanderen, drie in Vlaanderen en Wallonië samen en tien nationaal.

In 2013 waren er 19 vakbondsacties waarvan 12 acties zonder gevolgen voor het treinverkeer (8 vakbondsacties tegen het beleid van de Regering en 4 manifestaties).

Er waren 13 nationale acties, vijf in Wallonië en één in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

3. In 2012 en 2013 vonden er respectievelijk 10 en 6 onaangekondigde acties plaats.

4. Wat 2012 en 2013 betreft klopt deze stelling alvast niet.

5. HR RAIL beschikt niet over een indeling van de acties per provincie, enkel per gewest (zie vragen 1 en 2).

6. Op 27 maart 2013 werd in de Nationale Paritaire Commissie (NPC) een nieuw akkoord inzake werkonderbrekingen goedgekeurd waarbij - door het invoeren van de alarmbelprocedure - het overleg nog meer dan voorheen alle kansen krijgt.

Dat dit akkoord nu reeds zijn vruchten afwerpt blijkt uit het gering aantal stakingsaanzeggingen die de NMBS-Groep in 2013 ontving naar aanleiding van zuiver spoorweggerelateerde problemen. Daarnaast blijkt uit de cijfers een daling van het aantal onaangekondigde stakingsacties hetgeen ook één van de doelstellingen van dit nieuwe akkoord was.

Wat bpost betreft:

Om de impact van stakingen te evalueren gebruikt bpost het model van het Verbond van Belgische Ondernemingen dat gebaseerd is op een correlatie tussen het aantal stakingsdagen en de grootte van de onderneming op basis van het personeelsaantal:

Er is geen opdeling per Gewest.

Er waren geen wilde stakingen.

Wat Belgacom betreft:

Definities:

Stakingsactie: actieve werkonderbreking, van een hele dag of een fractie ervan door het ganse personeel of een deel ervan, omwille van zowel interne als redenen die extern aan het bedrijf Belgacom nv zijn (bv. deelname aan een Europese betoging).

Impact van een stakingsactie: de impact is gelijk aan de duur van de werkonderbreking maal het aantal personeelsleden die het werk hebben neergelegd, uitgedrukt in mandagen.

Stakingsdag: één stakingsdag voor Belgacom nv is gelijk aan een werkonderbreking van een ganse dag door het ganse personeel dat het bedrijf op dat moment telt, namelijk:

De stakingsdagen worden berekend door de impact van een stakingsactie, uitgedrukt in mandagen, te delen door het totale aantal personeelsleden van het bedrijf op dat moment.

Aantal stakingsdagen (inclusief korte werkonderbrekingen) van 2012 en 2013 per gewest.

Jaar
2012

Stakingsdagen
0,18

Impact (mandagen)
2753,67

Impact (Gewest)

V : 1014,6

B : 507,6

W : 1231,4



Jaar
2013

Stakingsdagen
0,33

Impact (mandagen)
4669,82

Impact (Gewest)

V : 1317,27

B : 630,71

W : 2721,84


Aantal onaangekondigde, “wilde” stakingsacties

Voor Belgacom nv zijn dit “spontane” acties: