Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10614

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 13 december 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Farmaceutische industrie - Ben Goldacre - Boek "Foute Farma" - European Medecines Agency - Appreciatie - Controle-mechanismen

farmaceutische industrie
Europees Geneesmiddelenbureau
inspectie van geneesmiddelen

Chronologie

13/12/2013Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode

Vraag nr. 5-10614 d.d. 13 december 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Recent verscheen het boek "Foute Farma" van de Engelse arts en psychiater Ben Goldacre. Daarin analyseert de auteur de werking van zowel de farmaceutische industrie als de rol van de daartoe opgerichte waakhonden en controlemechanismen, zoals in de Verenigde Staten (VS) The Food & Drug Administration en in de Europese Unie (EU) de European Medicines Agency (EMA). Het resultaat van deze dissectie klinkt ronduit alarmerend, nog meer voor de EMA dan voor z'n VS-equivalent. Dit blijkt onder andere uit de onwil en tegenzin om onderzoeksrapporten die kritisch zijn voor medicijnen beschikbaar te stellen en ook door de minstens lauwe wijze waarop EMA omgaat met negatieve resultaten. Goldacre wijst op de grote maar laakbare invloed van de farma-industrie op de werking van EMA. De EU-Ombudsman bevestigt dit in de meest expliciete verwoording, hij bestempelde de EMA publiekelijk van wanbeheer.

Hierover de volgende vragen.

1) Hoe evalueert en apprecieert de geachte minister het boek "Foute Farma" van Goldacre en de uitdrukkelijke veroordeling daarin van zowel de farmaceutische industrie als van de EU waakhond en controleorganisatie EMA?

2) Beaamt zij de analyse dat het EMA zich radicaal anders moet opstellen, de terughoudendheid bij het ter beschikking stellen van onderzoeksresultaten – zeker indien negatief voor de farma-industrie – moet omzetten in een actieve openbaarheid en dat EMA daarop extern en veel nadrukkelijker dan nu het geval is, moet worden gecontroleerd?

3) Zal de geachte minister dit belangrijke aandachtspunt agenderen bij haar EU-collegae en op de agenda van de volgende ministerconferentie zetten?

4) Hoe beoordeelt zij de werking van de Belgische equivalent? Is er daar ook sprake van dezelfde euvels als diegene die Goldacre vaststelt bij het EMA?

5) Over welke instrumenten en maatregelen beschikt zij om de controle hieromtrent strakker en slagkrachtiger te maken?