Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10166

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 23 oktober 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

De evolutie van het beroep van tandarts tot een knelpuntberoep

tandarts

Chronologie

23/10/2013Verzending vraag
13/2/2014Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3678

Vraag nr. 5-10166 d.d. 23 oktober 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De Vlaamse Beroepsvereniging voor Tandartsen stelt vast dat 10% van de tandartsen niet meer bij machte is om nieuwe patiënten aan te nemen: hun praktijk bulkt uit en laat geen ruimte meer voor uitbreiding. Dit heeft o.a. te maken met de vergrijzing, waarbij steeds meer oudere mensen hun eigen tanden behouden, die uiteraard wel de nodige verzorging nodig hebben. Daaraan gekoppeld stelt de VBT vast dat de gemiddelde leeftijd van de tandartsen tussen de 52 en 55 jaar ligt. Dit betekent dat er binnen enkele jaren een cumul van tekorten gaat ontstaan. Dit alles noopt de VBT om het beroep van tandarts als een knelpuntberoep te catalogeren.

Bevestigt de minister de berichten dat er stilaan een tekort aan tandartsen zal dreigen, dit door een combinatie van meer zorgvragen en een relatief oud korps van actieve tandartsen? Beschikt de minister over toekomstscenario's die dit probleem meer gedetailleerd in beeld brengen en met waarschijnlijkheid een nakend probleem kunnen voorspellen… of dreigt er hieromtrent helemaal geen tekort en is de waarschuwing van o.a. de Vlaamse Beroepsvereniging voor Tandartsen niet echt relevant? Indien er toch een probleem zou dreigen, op welke wijze zal de minister hiervoor een oplossing bieden? Beschikt de minister over een actieplan ter zake? Pleegde de minister hieromtrent al overleg met de opleidingen voor tandartsen?

Antwoord ontvangen op 13 februari 2014 :

De quota van de contingentering van tandartsen worden opgesteld na de toepassing van een model dat rekening houdt met een aantal parameters, zoals leeftijd, geslacht, overlevingspercentage, vastgestelde activiteitsgraad bij het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeits-verzekering (RIZIV), de arbeidstijdverkorting van de nieuwe generatie tandartsen, het verbruik van gezondheidszorg per bevolkingsleeftijd, maar ook de voorspelling door het Planbureau van de vergrijzing van de bevolking. Het ontwikkelde wiskundige model weerspiegelt alle evolutietrends van de bevolking. Elk effect wordt voor een specifieke leeftijdsgroep en geslacht geanalyseerd.

Het aantal wordt gekozen om de huidige werkkracht van de tandartsen constant te houden, dat wil zeggen het aantal voltijdse equivalenten tandartsen per 10 000 inwoners volgens de waargenomen zorgbehoeften van de bevolking.

De uitvoering van deze planning wordt jaarlijks opgevolgd. Het laatste goedgekeurde verslag dateert van december 2012 en toont aan dat het aantal ingediende stageplannen voor tandheelkunde sinds 2008 kleiner is dan het toegestane aantal. In drie jaar tijd bereikte het gecumuleerde tekort de Franse Gemeenschap 36 eenheden en in de Vlaamse Gemeenschap 8. Ik concludeer hieruit dat het aantal nieuwe voorziene tandartsen niet wordt gehaald, maar gemakkelijk kan worden gerecupereerd en dat er een tekort zou kunnen ontstaan indien de Gemeenschappen geen overschrijdingen toestaan. De Gemeenschappen worden hierover geïnformeerd door hun vertegenwoordigers die in de Planningscommissie-medisch aanbod zetelen.

De uitvoering van de maatregelen op het vlak van de opleiding om te komen tot de aantallen die door koninklijk besluit zijn bepaald is de verantwoordelijkheid van de Gemeenschappen. Het komt me als federaal minister niet toe om de strategieën van de Gemeenschappen te bespreken en te bekritiseren. Er dient opgemerkt te worden dat er de afgelopen twee jaar sprake is van een aanzienlijke toename van het aantal studenten tandheelkunde in de Federatie Wallonië-Brussel.

Daarnaast voorziet het nieuwe meerjarenplan van de Planningcommissie om gegevens van het federale kadaster te koppelen aan de gegevens van het RIZIV en van de sociale zekerheid, waardoor we een nauwkeuriger beeld zullen kunnen krijgen van de tandartsen die effectief in België actief zijn en van de mate en plaats van activiteit. Indien een werkelijk tekort voorspeld wordt, kunnen de quota aangepast worden.

Om een tekort te voorkomen, kunnen andere hefbomen overwogen worden.

Met betrekking tot de zorgverlening aan de bevolking, werd de afgelopen jaren de nadruk gelegd op de bevordering van de preventie bij de bevolking, waaronder het gratis maken van de zorgen voor -18 jarigen. Zo was er ook een afname van de curatieve zorgen aan patiënten.

Het verbruik van tandheelkundige zorgen is gemiddeld het hoogst bij adolescenten. Het verbruik is ongeveer 40 % lager voor de leeftijdsgroepen vanaf 20 jaar. Het verhoogt lichtjes vanaf 50 jaar en daalt vervolgens scherp bij oudere mensen, vanaf ongeveer 70 jaar. De vergrijzing van de bevolking zal geen verhoging van de vraag naar tandheelkundige zorg met zich meebrengen.

Het zorgverbruik is nauw verbonden aan de terugbetaling van de zorgverstrekking. Beleidsmaatregelen op dit gebied zullen een impact hebben op de toekomstige consumptiepatronen en zullen gevolgen hebben voor de vraag.

Daarnaast heeft de Nationale Raad voor Tandheelkunde deze kwestie ook bestudeerd en mij onlangs een advies gegeven over de mogelijkheid om tandartsen te ontlasten van bepaalde taken die door andere beroepsbeoefenaars en onder bepaalde opleidings- en begeleidingsvoorwaarden uitgevoerd kunnen worden. Het zou gaan om een assistent mond- en tandzorg, die onder het toezicht van een erkende presterende tandarts bepaalde taken zou kunnen uitvoeren. Dit voorstel werd binnen de Planningscommissie besproken.