Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3247

van Dirk Claes (CD&V) d.d. 27 maart 2009

aan de minister van Binnenlandse Zaken

Civiele Bescherming - Dreigend personeelstekort - Oplossingen

burgerbescherming
vrijwilligerswerk
aanwerving
tekort aan arbeidskrachten

Chronologie

27/3/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 30/4/2009)
18/5/2009Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 4-799

Vraag nr. 4-3247 d.d. 27 maart 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De goede werking van de Civiele Bescherming dreigt gevaar te lopen. De Civiele Bescherming wordt opgeroepen in crisistijden en staat in voor onder andere hulp en bijstand bij grote branden, humanitaire interventies, reddingsacties, zoekacties, opruimingswerkzaamheden, verkeers- en spoorwegongevallen, etc.

Net zoals de brandweer bestaat de Civiele Bescherming uit zowel beroepskrachten als vrijwilligers. Het aantal beroepskrachten is de laatste jaren gedaald, maar zeker het aantal noodzakelijke vrijwilligers neemt drastisch af. Dit dreigt dramatische gevolgen te krijgen. Naast het gebrek aan instroom van nieuwe en jonge krachten, is de huidige ploeg onderhevig aan een hoge leeftijd en een groot aantal pensioneringen.

Willen we in de toekomst de werking van onze Civiele Bescherming kunnen garanderen, is een nieuwe instroom dringend nodig. Bovendien blijken heel wat werknemers en vrijwilligers bij de Civiele Bescherming te klagen over een onderwaardering van hun werk. Het gebrek aan respect vanuit de hogere overheid is natuurlijk een belangrijk facet voor de goede werking en de uitstraling van deze dienst.

1. Wat is de visie van de geachte minister over de werking van de Civiele Bescherming en welke rol ziet hij op middenlange en lange termijn voor deze dienst weggelegd?

2. Over hoeveel manschappen beschikt de dienst van de Civiele Bescherming op dit moment (vaste werknemers en vrijwilligers, opgedeeld per sectie)?

3. Over hoeveel manschappen dient de dienst van de Civiele Bescherming te beschikken om optimaal te kunnen functioneren in crisistijd?

4. Op welke manier wil hij de instroom van nieuwe mensen binnen de Civiele Bescherming verhogen?

5. Denkt hij eraan om het statuut te herbekijken en welke voorstellen heeft hij ter zake?

Antwoord ontvangen op 18 mei 2009 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.

1. De Civiele Bescherming zal in hoofdzaak logistieke ondersteuning en versterking leveren aan de brandweerdiensten door inzet van zwaar materieel (bijvoorbeeld een superbluskanon en pompen voor grootwatertransport) of door inzet van gespecialiseerde teams (bijvoorbeeld hondenteams voor opsporen van slachtoffers onder puin; duikers voor justitiële opdrachten; IBIS-teams voor DVI-opdrachten). De Civiele Bescherming heeft ook een belangrijke taak bij grootschalige ongevallen of rampen (bijvoorbeeld logistiek commandopost, decontaminatie). De dienst levert ook een belangrijke bijdrage in het kader van internationale missies (operationeel en coördinerend).

2. Op datum van 1 maart 2009 beschikte de Civiele Bescherming over 1 306 operationele personeelsleden, waarvan 564 beroeps en 742 vrijwilligers. Zij zijn als volgt verdeeld over de zes operationele eenheden:


Beroepspersoneel

Vrijwillig

personeel



Kernvrijwilligers

Federale reserve

Brasschaat

96

48

49

Crisnée

109

79

81

Ghlin

100

32

111

Jabbeke

85

7

97

Libramont

80

41

74

Liedekerke

94

56

67

Totaal

564

263

479

In deze cijfers zijn enkel de personeelsleden opgenomen die operationeel zijn.

Het vrijwillig personeel (totaal 742) omvat alle actieve kernvrijwilligers (met opleiding persluchtdrager) en de federale reserve.

3. Enkele jaren geleden heeft een werkgroep de optimale personeelsbezetting van een operationele eenheid bepaald. Hieruit bleek dat een eenheid zou moeten bestaan uit 227 operationele personeelsleden, waarvan 107 beroeps en 120 vrijwilligers.

4. De laatste jaren zijn er reeds budgettaire inspanningen gedaan om te streven naar deze optimale personeelsbezetting en ook de volgende jaren zal ik, ondanks de budgettaire beperkingen, extra operationeel personeel aanwerven.

Op 1 april 2009 zijn er acht personeelsleden in dienstgenomen en in het twee'de semester van 2009 worden nog eens vijftien extra operationele medewerkers in dienst genomen.

Tot heden werden nog geen nieuwe vrijwilligers aangeworven omdat het huidige contingent vrijwilligers werd hervormd naar een beter opgeleide groep van kernvrijwilligers die rechtstreeks aan de operationele eenheid zijn verbonden en een groep van reservisten die nog verder opereren vanuit de voorposten. Het is belangrijk deze hervorming eerst tot een goed einde te brengen vooraleer tot nieuwe wervingen van vrijwilligers over te gaan. De nieuwe rekrutering staat trouwens gepland voor dit jaar. Er is reeds een lijst opgesteld met mensen die zich al spontaan kandidaat hebben gesteld.

5. De syndicale vertegenwoordigers van het operationele personeel hebben me eind februari geïnformeerd over hun eisen, waaronder de aanpassing van het statuut. Op 25 maart 2009 vond er reeds een eerste bespreking over deze eisenbundel plaats met de syndicale vertegenwoordigers.

Voor het vrijwillig personeel is er reeds een aanpassing van het statuut ontworpen door mijn administratie. Momenteel wordt de budgettaire impact hiervan geraamd en vervolgens zal het Interprovinciaal Consultatiecomité van de vrijwilligers de gelegenheid krijgen hun opmerkingen over het nieuwe statuut te formuleren.