SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2018-2019 Zitting 2018-2019
________________
8 janvier 2019 8 januari 2019
________________
Question écrite n° 6-2041 Schriftelijke vraag nr. 6-2041

de Christie Morreale (PS)

van Christie Morreale (PS)

à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, et de l'Asile et la Migration

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie
________________
Tétines et biberons - Stérilisation à l'oxyde d'éthylène (OE) - Danger pour les nouveau-nés - Mesures éventuelles dans les secteurs hospitalier et de la petite enfance Spenen en zuigflessen - Sterilisatie met ethyleenoxide (EO) -Gevaar voor pasgeborenen - Eventuele maatregelen in ziekenhuizen en kinderopvanginitiatieven 
________________
Conseil supérieur de la santé
stérilisation
petite enfance
substance dangereuse
produit d'emballage
Hoge Gezondheidsraad
sterilisatie
vroegste kinderjaren
gevaarlijke stof
verpakkingsproduct
________ ________
8/1/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 7/2/2019)
23/5/2019Einde zittingsperiode
8/1/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 7/2/2019)
23/5/2019Einde zittingsperiode
________ ________
Question n° 6-2041 du 8 janvier 2019 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-2041 d.d. 8 januari 2019 : (Vraag gesteld in het Frans)

Selon un récent avis du Conseil supérieur de la santé (CSS), la stérilisation des tétines et biberons à l'oxyde d'éthylène (OE) reste la méthode la plus fréquente pour stériliser en milieu industriel. Cependant, l'OE a des propriétés mutagène et carcinogène. De plus, les sources potentielles des résidus d'OE sont multiples dans l'environnement des nouveau nés dans les services de soins (dispositifs assurant la fonction respiratoire, perfusion pour administration de médicaments, contact cutané avec dispositifs assurant le contrôle des constantes vitales).

Les résidus sont variables car les fabricants ne tiennent pas compte de la masse corporelle du nouveau né. Les prématurés sont les plus « à risque » puisqu'ils ont le plus grand risque d'exposition permanente et que leurs systèmes et organes sont encore en plein développement.

C'est pour ces raisons que le CSS ne recommande pas la stérilisation par cette méthode.

L'ensemble de ces questions relève de la compétence du Sénat dans la mesure où elles concernent une matière fédérale qui a une influence sur les compétences des entités fédérées en matière de santé, de bien être, d'enfance, etc.

Avez vous pu prendre connaissance de cette étude ? Comptez vous la communiquer aux structures dans le secteur hospitalier et de la petite enfance ? Quelles mesures comptez vous prendre ?

 

Volgens een recent advies van de Hoge Gezondheidsraad (HGR) blijft sterilisatie met ethyleenoxide (EO) de meest gebruikelijke methode om te steriliseren in de industrie. EO heeft evenwel mutagene en kankerverwekkende eigenschappen. Er zijn bovendien een groot aantal potentiële bronnen van EO-resten in de omgeving van pasgeborenen in bepaalde zorgafdelingen (hulpmiddelen die de ademhalingsfunctie verzekeren, infuus voor toediening van geneesmiddelen, huidcontact met hulpmiddelen die de controle van de vitale functies verzekeren).

De aanwezigheid van die resten schommelt nogal omdat fabrikanten geen rekening houden met de lichaamsmassa van die pasgeborenen. Prematuren lopen het grootste risico. De kans is groot dat zij permanent worden blootgesteld en hun afweersystemen en organen zijn nog volop in ontwikkeling.

Daarom beveelt de HGR de sterilisatie via deze methode niet aan.

Deze vragen vallen binnen de bevoegdheid van de Senaat omdat ze gaan over een federale materie die invloed heeft op de bevoegdheden van de deelstaten inzake gezondheid, welzijn en kinderzorg, enz.

Hebt u kennis kunnen nemen van deze studie ? Zal u ze doorsturen aan de betrokken afdelingen in ziekenhuizen en kinderopvanginitiatieven ? Welke maatregelen denkt u te nemen ?