BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2017-2018
________
29 december 2017
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 6-1737

de Jean-Jacques De Gucht (Open Vld)

aan de minister van Justitie
________
Veiligheid van de Staat (VSSE) - Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid (ADIV) - Social Media Intelligence (SOCMINT) - Personeelsleden - Aanwerving - Personeel met (Arabische) talenkennis en kennis van allochtone milieus
________
sociale media
radicalisering
staatsveiligheid
geheime dienst
virtuele gemeenschap
extremisme
vreemde taal
migrant
aanwerving
________
29/12/2017Verzending vraag
12/2/2018Antwoord
________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1738
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 6-1737 d.d. 29 december 2017 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ik verwijs naar het recente bijzonder interessante jaarverslag van het Comité I alsook naar uw antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 6-1669.

Wat betreft Social Media Intelligence (SOCMINT) zijn er diverse aanbevelingen :

- voor het beheer van deze bronnen is talenkennis en kennis van de allochtone milieus essentieel. De Veiligheid van de Staat (VSSE) en de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid (ADIV) zouden daarom de diversiteit in hun diensten moeten bevorderen ;

- het belang van SOCMINT neemt steeds toe. SOCMINT is echter arbeidsintensief en vergt de nodige techniciteit ;

- de capaciteit die de VSSE en de ADIV besteden aan SOCMINT is eerder beperkt. Om dat te verhelpen is verregaande samenwerking nodig.

Ik dank u voor uw snelle respons, maar ik heb nog enkele bijkomende vragen.

Wat betreft het transversaal karakter van deze vraag : in het Vlaams regeerakkoord wordt aandacht besteed aan het voorkomen van radicalisering en is er sprake van het oprichten van een cel met experten uit de diverse beleidsdomeinen om radicalisering te voorkomen, te detecteren en te remediëren, met één centraal aanspreekpunt en in samenwerking met andere overheden. De coördinatie van deze cel gebeurt door het Agentschap Binnenlands Bestuur. Vooral voor wat betreft de proactieve aanpak en de handhaving vervult de federale overheid een sleutelrol. In de toekomst zal ook een federale ambtenaar van de federale overheidsdienst (FOD) Binnenlandse Zaken deel uitmaken van deze cel. Het betreft aldus een transversale aangelegenheid met de gewesten. Ik verwijs tevens naar het recente actieplan van de Vlaamse regering ter preventie van radicaliseringsprocessen die kunnen leiden tot extremisme en terrorisme.

Ik had hieromtrent dan ook volgende vragen :

1) Hoe komt u tegemoet aan de vereiste om binnen SOCMINT meer personeel te hebben dat afdoende talenkennis en kennis heeft van allochtone milieus ? Welke inspanningen werden gedaan en hebben deze geleid tot bijkomende aanwervingen van personeelsleden die afdoende talenkennis en kennis van allochtone milieus hebben ? Kunt u dit toelichten ?

2) Hoe hebben de inspanningen voor het aanwerven van personeel met kennis van het Arabisch bij de ADIV zich concreet vertaald in effectieve aanwervingen ? Kunt u dit concreet toelichten ?

Antwoord ontvangen op 12 februari 2018 :

1) De Veiligheid van de Staat (VSSE) dient voor haar selecties samen te werken met de federale selectiedienst SELOR. Dit betekent dat alle potentiële medewerkers van de VSSE, ook zij met een specifieke talenkennis, eerst moeten slagen voor de generieke proeven van SELOR.

Eens aangeworven, voorziet de VSSE in interne taalopleidingen Arabisch voor haar medewerkers die een basiskennis Arabisch kunnen gebruiken in hun dagelijkse werkzaamheden. Momenteel volgen twee medewerkers van de cel Socmint deze opleiding. Andere medewerkers beschikken reeds over een grondige kennis van één of meerdere nuttige talen (Arabisch, Servo-Kroatisch, Bosnisch, Russisch, Chinees, enz.).

De VSSE heeft meerdere medewerkers van allochtone origine in dienst en dit zowel bij de directie analyse als bij de directie operaties.

De VSSE neemt op verschillende vlakken en niveaus initiatieven om talenkennis en kennis van allochtone milieus te bevorderen, ook binnen haar cel Socmint. De uitdagingen op dit vlak blijven echter groot, maar dat geldt bij uitstek voor elke westerse inlichtingen- en veiligheidsdienst en is geen uniek verhaal voor de VSSE.

2) Er wordt verwezen naar de minister van Defensie, gelet op diens bevoegdheid ter zake van de algemene dienst Inlichting en Veiligheid (ADIV).