BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2010-2011
________
27 juli 2011
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-2870

de Martine Taelman (Open Vld)

aan de minister van Binnenlandse Zaken
________
Drugs - Inbeslagneming - Tendensen
________
verdovend middel
handel in verdovende middelen
verbeurdverklaring van goederen
officiële statistiek
________
27/7/2011Verzending vraag
10/11/2011Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-2870 d.d. 27 juli 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Op schriftelijke vraag 4-7247, tijdens de vorige legislatuur, gaf de geachte minister een gedetailleerd overzicht over de hoeveelheid in beslag genomen drugs, ingedeeld per drugssoort van 2002 tot en met 2009 (cijfers politie en douane). Om de evolutie van de drugsproblematiek op te kunnen volgen is het daarom belangrijk om ook de cijfers van 2010 te verkrijgen.

Vandaar mijn vragen teneinde een inzicht te krijgen op de evolutie van het aantal inbeslagnames:

1) Wat is de hoeveelheid drugs die in beslag genomen werd in 2010 ingedeeld per drugssoort?

2) Zijn er opmerkelijke tendensen in deze cijfers merkbaar?

3) Zijn er duidelijke regionale verschillen merkbaar? Zo ja, wat is hiervoor de verklaring?

4) Welke conclusies trekt zij uit deze cijfers?

Antwoord ontvangen op 10 november 2011 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.

1. De volgende hoeveelheden drugs werden in beslag genomen door Belgische politie- en douanediensten in 2010 :

Amfetamines (speed) : 362 kg

Cocaïne :6 844 kg

Hasj : 3 153 kg

Heroïne : 386 kg

Khat : 1 018 kg

Marihuana : 5 208 kg

XTC : 32 954 pillen

2. We stellen vast dat de hoeveelheid cocaïne die in beslag genomen werd, voor het vierde jaar op rij stijgt. Daarentegen merken we dat het aantal in beslag genomen XTC pillen ook in 2010 laag gebleven is, net zoals in 2009.

Voor de andere drugsoorten geldt dat er verschillen merkbaar zijn, maar deze zijn te wijten aan één of andere grote inbeslagname, het aantal inbeslagnames bleef min of meer stabiel.

3. De aanwezigheid van specifieke logistieke polen kan een verklaring zijn voor bepaalde regionale verschillen. We denken hierbij aan de havens van Antwerpen, Gent of Zeebrugge, de luchthavens van Zaventem, Bierset of Gosselies, de autosnelwegen van en naar Nederland of Frankrijk, de Eurostar-terminal, enz.

4. Hoewel de statistieken in verband met inbeslagnames van drugs gewoonlijk deel uitmaken van de gegevens die verstrekt worden wanneer men de vraag aansnijdt van de omvang van het probleem of deze van de efficiëntie van de actie van de overheid, ben ik van mening dat die gegevens slechts van relatief belang zijn wanneer het erop aan komt een strategie terzake te bepalen en op te volgen. Enkel deze cijfers betreffende inbelaggenomen hoeveelheden geven geen inzicht in de door ons land gespeelde rol in de trafiek en de productie: 100 kg inbeslaggenomen heroïne afkomstig van een derde land, waarbij België slechts de rol van transit speelt, heeft niet hetzelfde belang als 100 kg heroïne inbeslaggenomen tijdens verschillende verzendingen bestemd voor de Belgische markt.

Diezelfde cijfers weerspiegelen slechts weinig de door de Belgische veiligheidsdiensten geleverde inspanningen: de beoordeling hiervan zal verschillend zijn naargelang de inbeslagnames werden verricht op basis van inlichtingen verschaft door buitenlandse diensten dan wel het resultaat zijn van de reële inspanningen van onze politie- en douanediensten.

Ik trek dus geen conclusies over de omvang van het fenomeen of de kwaliteit van onze inspanningen in het licht van enkel maar deze statistieken.