BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2007-2008
________
3 april 2008
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-572

de Louis Ide (CD&V N-VA)

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
________
Keizersneden - Aantallen - Verbeterde cijfers
________
moederschap
gynaecologie
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering
officiële statistiek
geografische spreiding
________
3/4/2008Verzending vraag
5/1/2009Dossier gesloten
________
Herindiening van : schriftelijke vraag 4-494
Heringediend als : schriftelijke vraag 4-2275
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-572 d.d. 3 april 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In een antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 4-135 in verband met de vroedvrouwen kreeg ik van de geachte minister een degelijk antwoord. Opvallend echter waren de cijfers in verband met het aantal uitgevoerde keizersneden. Zowel in Vlaanderen, Wallonië als Brussel merkte men een quasi verdubbeling van het aantal uitgevoerde keizersneden in 2006 ten opzichte van het jaar 2005 (respectievelijk 19 108, 14 025, 4 861 in 2006 tegenover 11 656, 7 547, 2 515 in 2005). Als we de cijfers van juni 2007 (Vlaanderen: 9 848, Wallonië: 6 702, Brussel: 2 413) extrapoleren naar een volledig jaar komt men opnieuw op hetzelfde heel hoge peil van 2006.

Ik kreeg intussen het bericht van het RIZIV dat de cijfers niet kloppen. Het totaal aantal keizersneden uitgevoerd in 2005 zou 21 493 zijn, dus dat komt ongeveer overeen met het gekregen antwoord. Voor 2006 echter zou het aantal uitgevoerde keizersneden 23 356 bedragen, toch aanzienlijk minder dan de cijfers die de minister doorspeelde. Ook voor 2007 (11 587 in plaats van 18 963) is er aanzienlijk verschil. Ik dank het RIZIV voor deze correctie, maar zou over de werkelijke cijfers toch graag een antwoord krijgen op volgende vragen:

1. Kan de geachte minister de correcte cijfers van het RIZIV opsplitsen per gewest?

2. Waarom gaf zij me in eerste instantie foute cijfers, met andere woorden, waar is het fout gelopen bij het beantwoorden van de initiële vraag?